Trendrapport Allianz Trade Benelux: Thuiswerken brengt meer risico op fraude met zich mee


Nu corona bijna twee jaar achter ons ligt, is thuiswerken gemeengoed geworden. En volgens de respondenten is daardoor het risico op fraude toegenomen. 50% van de bedrijven antwoordt met ‘ja’ op de vraag of thuiswerken door medewerkers het risico op interne en externe fraude voor de organisatie heeft vergroot. Vorig jaar was dat percentage nog 34%, zo blijkt uit het Trendrapport van Allianz Trade Benelux.

Hierbij gaat het volgens de onderzoekers niet alleen om interne fraude, bijvoorbeeld tijdsfraude/ declaratiefraude (minder controle mogelijk bij thuiswerken) maar ook om externe fraude. Medewerkers die ‘geïsoleerd’ thuiswerken zijn gevoeliger voor fraudeurs. Op het werk is het gemakkelijker om bij twijfel een collega te raadplegen die in dezelfde ruimte werkt.

Hoezo verhoogt thuiswerken het frauderisico?

 • “Hoe je het ook wendt of keert, er is gewoon minder controle op wat mensen thuis doen. Dus een hoger risico op fraude.”

• “De beveiliging thuis is minder goed dan op kantoor.”

• “Je mist op dat moment soms een extra controle als iemand bijvoorbeeld twijfelt, kan je niet even meekijken. Daarnaast gebeurt nu steeds meer digitaal wat ook een extra risico met zich meebrengt.”

• “Er is minder overzicht op medewerkers en ze hebben dus grotere kans om te frauderen.”

• “We werken volgens uurloon, er valt niet te checken of bijvoorbeeld de daadwerkelijk contractuele uren gemaakt worden.”

Veel organisaties nemen maatregelen in digitale sfeer

 Van alle organisaties die thuiswerken als verhoogd risico zien (50%), heeft 68% maatregelen genomen. Het gaat daarbij vooral om maatregelen in de digitale sfeer. Wat is er aangepast?

 • “Two factor authenticatie.”

• “VPN.”

• “Firewalls en antivirus.”

• “We hebben heel wat websites geblokkeerd. Https is een must en ingesteld.”

 • “Antivirus en e-mail bescherming regelmatig updaten.”

Organisaties die geen maatregelen nemen, zeggen:

• “Het wordt niet gezien als een verhoogd risico.”

• “Geen financiële middelen.”

 • “Het is niet nodig geweest.”

• “Er moet nog verder naar gekeken worden.”

• “Betrouwbare medewerkers in het bedrijf.”