Tozo-steun brengt problemen met zich mee: “Gemeenten hebben onvoldoende capaciteit om onterecht betaalde uitkeringen terug te vorderen”

Maart 2020, premier Rutte kondigt de Corona-lockdown aan. Paniek slaat toe. Overleeft de economie dit? Hoe moeten zzp’ers en het MKB het hoofd boven water houden? De regering besluit steun te verlenen in de vorm van de Tozo-regeling en legt de uitvoering hiervan bij gemeenten. Vanwege de crisissituatie en de enorme hoeveelheid aanvragen is er geen tijd om elke aanvraag te controleren. Maar wettelijk gezien moeten de gemeenten onterecht uitbetaalde steun wel terugvorderen. Geen eenvoudige opgave gezien de hoeveelheid vorderingen die hen staan te wachten.

Recruitmentbureau Walters People bemiddelt finance professionals die gemeenten ondersteunen bij het terugvorderen van de Tozo-uitkeringen. Het bureau merkt dat er een grote behoefte is aan extra capaciteit bij gemeenten. Een tweede vraagstuk is hoe zij, gezien de sociale situatie die door de lockdown is ontstaan, de terugvorderingen op menselijke wijze kunnen uitvoeren. Walters People sprak over deze onderwerpen met Hans de Vogt, senior projectmanager debiteurenbeheer.

Wat is de Tozo-regeling?
De Vogt: “Het doel van de tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers is om zzp’ers en het MKB te helpen het hoofd boven water te houden in de economische krimp die is ontstaan als gevolg van de Corona-lockdown. De Tozo bestaat uit twee delen. Ten eerste is er een aanvullende uitkering voor levensonderhoud voor die mensen waarvan het inkomen als gevolg van de Coronacrisis tot onder het sociaal minimum daalt. Daarnaast is het mogelijk om een lening voor bedrijfskapitaal aan te vragen om liquiditeitsproblemen als gevolg van de Coronacrisis op te vangen.

Na Tozo 1 en 2 is vanaf 1 oktober de Tozo 3 in werking gesteld. De Tozo 3 uitkering en/of lening kan worden aangevraagd voor de periode van 1 oktober tot en met 31 maart 2021. Om in aanmerking te komen voor Tozo moeten ondernemers aan een aantal regels voldoen. Zo moet er bijvoorbeeld sprake zijn van inkomensschade als gevolg van de coronacrisis. Een ondernemer moet voor 17 maart 2020 18:45 ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel. Verder dient de ondernemer aan het urencriterium te voldoen wat betekent dat hij minstens 1225 uur per jaar werkzaam moet zijn in de onderneming.”

Met welke uitdagingen krijgen gemeenten te maken?
“Doordat de nood bij het in werking treden van Tozo 1 en 2 zo hoog was, hebben de gemeenten van het Rijk de opdracht gekregen om tegemoet te komen aan elke Tozo-aanvraag. En zelfs nu wordt er bij Tozo 3 geen vermogenstoets gedaan. De controles van de uitkeringen zullen achteraf plaatsvinden en dan zal ook blijken wie ten onrechte gebruik heeft gemaakt van de Tozo-regeling. Sommige ondernemers zijn zich snel bewust van het feit dat zij ten onrechte steun hebben gekregen en nemen zelf contact op met hun gemeente om het bedrag waar ze geen recht op hadden terug te betalen. Voor andere mensen zijn de regels niet duidelijk of ze denken er niet aan om de uitkering stop te zetten of terug te betalen. Deze ondernemers moeten hiervan bewust worden gemaakt. In ieder geval zullen gemeenten met een aantal uitdagingen te maken krijgen.”

“Gezien de hoeveelheid Tozo-aanvragen, zal het volume van de vorderingen ook hoog zijn. Gemeenten kunnen zo drie of vier extra medewerkers nodig hebben om alle ondernemers aan te schrijven. Veel gemeenten hebben onvoldoende capaciteit om extra medewerkers op te leiden. Bovendien gaat het hier om een tijdelijke maatregel waarvoor dus een tijdelijk project moet worden opgestart. Het vrijmaken van personeel voor het trainen van tijdelijke medewerkers kan kostbaar zijn en op andere gebieden achterstanden doen ontstaan.”

“Het debiteurenproces is in normale situaties voor zowel de publieke sector als bij bedrijven al ingewikkeld. In deze specifieke situatie ligt het terugvorderen van uitkeringen nog gevoeliger. Daarnaast zal per 1 januari 2021 ook de wet vereenvoudiging beslagvrije voet gaan veranderen. Deze wet heeft als doel om mensen met schulden niet onder het bestaansminimum terecht te laten komen. Veel gemeenten zijn hier nog niet klaar voor. Door de verandering in deze wet kan het zo zijn dat mensen alleen nog maar in staat zijn om €30 euro per maand terug te betalen. Hierdoor kan het jaren duren voordat de Tozo-uitkering is teruggevorderd. Hoe ga je dit in je systemen zetten en heb je genoeg capaciteit om daar achteraan te zitten? Bovendien hebben de gemeentelijke systemen wel een debiteurenmodule maar is deze niet ingericht op de Tozo-terugvorderingen. Met de juiste processen kan hier wel omheen worden gewerkt. Voor al deze vraagstukken moeten gemeenten oplossingen bedenken.”

Hoe kunnen gemeenten de terugvorderingen het beste aanpakken?
“Ondanks de wettelijke verplichting die gemeenten hebben om de onterecht uitbetaalde Tozo-uitkeringen terug te vorderen, kunnen zij niet te agressief te werk gaan. De gevolgen van de coronacrisis en maatregelen hebben een gigantische impact op de gehele samenleving en het is daarom belangrijk om op menselijke wijze om te gaan met ondernemers.

We zitten nu nog middenin een moeilijke periode. Doordat er nu opnieuw bedrijven dicht moeten, ontstaat er ook veel onvrede en angst in de samenleving. De vraag is dan of er nu al begonnen moet worden met incasseren of dat er gewacht moet worden tot januari. En het is natuurlijk ook nog niet duidelijk hoe we er in januari voorstaan. Waar gemeenten hierbij ook rekening mee moeten houden is dat hoe langer je wacht, hoe moeilijker het wordt om te incasseren.”

“Het aanspreken van mensen op een nette en sociale manier waardoor ze zich gehoord voelen en toch terug gaan betalen, is een kunst op zich. Deze manier van incasseren moet ook worden doorgevoerd in het gehele proces. Wanneer de afhandeling bijvoorbeeld wordt uitbesteed aan een deurwaarder moeten ook zij de menselijke aanpak uitdragen. Een groot netwerk binnen het credit management kan daarbij van pas komen. 

Wat ik in eerdere projecten heb ervaren is dat het incasseren makkelijker kan worden gemaakt door automatiseringsmogelijkheden in te zetten. Door bijvoorbeeld een paylink aan te bieden, wordt het voor debiteuren makkelijker om snel even het verschuldigde bedrag over te maken. En met een video-toepassing in 12 verschillende talen kan 89% van Nederland worden bereikt om uit te leggen hoe en wanneer er betaald moet worden en hoe men een betalingsregeling kan aanvragen.

Persoonlijk ben ik er een groot voorstander van om mensen al vroeg in het proces persoonlijk aan te spreken. Zo ga je van een reactief naar een proactief proces. Als je bijvoorbeeld vijf dagen na de eerste brief al belt met als doel om mensen te helpen te betalen hoeven er minder vorderingen naar de deurwaarder worden gestuurd. De insteek is dan niet om mensen onder druk te zetten om te betalen maar om ze echt te helpen door het met ze over bijvoorbeeld betalingsregelingen te hebben. Wanneer je dit op een sensitieve manier aanpakt geef je mensen ook direct het gevoel dat je begaan bent met hun situatie.”

Hoe kunnen gemeenten het extra volume aan terugvorderingen opvangen?
“Een middelgrote gemeente heeft ongeveer drie of vier extra krachten nodig om onterecht uitbetaalde Tozo-uitkeringen terug te vorderen. Deze mensen moeten opgeleid worden voor de specifieke systemen en voor het menselijke proces. Daarnaast moeten deze mensen uitgebreid worden gescreend. Aangezien elke gemeente in Nederland in meer of mindere mate te maken krijgt met Tozo-terugvorderingen, kan het voor hen voordelig zijn om de handen ineen te slaan. De werving, screening en het opleiden van projectmedewerkers in deze manier van incasseren kan worden uitbesteedt. Dit is voor gemeenten voordelig omdat zij er geen tijd aan hoeven te besteden en er naar behoeven kan worden opgeschaald en afgeschaald.”

Bron: Walters People