Schimmels vormen geen structureel probleem, maar brengen vaak wel grote schadebedragen met zich mee

 

Zijn schimmels het nieuwe asbest? Die vraag stelde Rianne Baumann, operations director non-marine bij Crawford & Company, aan het begin van het seminar over schimmels dat het expertisebureau vorige week dinsdag (28 maart jl.) in Rotterdam organiseerde voor een groot aantal relaties uit de verzekeringsbranche Hiermee wilde Crawford 12,5 jaar na dato de balans opmaken na verontrustende publicaties in de VS (2004) over een jaarlijkse toename van het aantal mould-schades met 1.000. Toch kan uit het seminar niet de conclusie worden getrokken dat schimmels als ‘het nieuwe asbest’ kunnen worden bestempeld. Daarvoor is volgens Baumann en haar collega Marius Rijnten, technical property director, het aantal claims relatief laag en vormen schimmels tot dusver nog geen structureel probleem, al brengen zij wel  vaak grote schadebedragen met zich mee.

Voor zijn presentatie met als titel ‘Schimmels/zwammen in relatie tot de brandverzekering’ had Rijnten een korte inventarisatie gemaakt onder de brandexperts van zijn afdeling. De uitkomst daarvan was dat iedereen wel een keer een schade door schimmels en/of zwammen had meegemaakt, maar dat dit louter incidentele, doorgaans particuliere gevallen betreft waarbij de schadebedragen echter wel vaak in de papieren lopen. “Er is echter geenszins sprake van een structureel probleem”, aldus Crawford’s property-directeur, die vervolgens een viertal schimmelvormen de revue liet passeren: de huiszwam, de kelderzwam, bruinrot en oppervlakteschimmel. Daarbij gaf hij per schimmelsoort aan hoe ze ontstaan, waar ze voorkomen, hoe ze te herkennen zijn en wat de mogelijke gevolgen kunnen zijn.

Stappenplan

Ook vertelde hij zijn gehoor een stappenplan over hoe schimmels kunnen worden aangepakt: van het wegnemen van de oorzaak van de vochtbron, vervolgens onder meer het specialistisch ventileren/drogen, het mechanisch (laten) verwijderen van aangetaste gedeelten en eventueel injecteren/afbranden/ preventief behandelen tot het opnieuw opbouwen van de aangetaste (hout)constructie. Preventief dient vervolgens zorg te worden gedragen voor een gedegen ventilatie en het doorvoeren van periodieke inspecties. Hij kreeg hierbij bijval van Rianne Baumann, die het belang benadrukte om bij schimmelschades gerenommeerde herstelbedrijven in te schakelen en ook snel actie te ondernemen om de gevolgschade zoveel mogelijk te beperken.

Aansluitend stond zij kort stil bij de schaderisico’s in andere branches, waaronder kunst, aansprakelijkheid en letsel.  Als voorbeeld van een kunstschade noemde zij het Picasso museum, waar ondanks een recente langdurige (vijf jaar) en kostbare verbouwing (230 miljoen euro) er toch problemen met de klimaatbeheersing werden geconstateerd die leidden tot schimmelschade. “Omdat het Hotel Sale waarin het Picasso Museum is gehuisvest een monumentaal pand is uit de 17e eeuw mochten er geen gaten worden aangebracht voor de noodzakelijke ventilatie. Sowieso hebben veel musea een voorliefde voor oude panden”, aldus Baumann, volgens wie ook particulieren nogal eens onzorgvuldig omgaan met hun kostbare kunstbezittingen die geregeld in vochtige (kelder)ruimten worden opgeslagen. Ook liet zij aan de hand van een aantal praktijkvoorbeelden zien welke financiële (aansprakelijkheids)risico’s betrokken partijen kunnen lopen, zowel in de kunstwereld als in andere bedrijfstakken. Tot slot wees zij de aanwezigen op de risico’s van (langdurige) blootstelling aan schimmels op de gezondheid (o.a. astma, longaandoeningen) en daarmee op de kans op letselschades. Zij verhaalde van een voorbeeld waarin het Hof weliswaar de aansprakelijkheid heeft aanvaard, maar waarbij de claimant aanliep tegen het punt van de medische causaliteit. Ook wees zij op het feit dat in de VS uitspraken bekend zijn waarbij in mould-schades aan claimanten schadevergoedingen zijn toegekend tot in de miljoenen euro’s

Masterclass Arjan Postma

Speciaal voor het seminar bij had de zich ‘free lance’ boswachter noemende Arjan Postma, bekend van onder meer TV (RTL Late Night) en als auteur van enkele natuurboeken, zich verdiept in het onderwerp schimmels.  Met zijn hond Skipper aan zijn voeten gaf hij een uur lang een masterclass die van de eerste tot de laatste minuut de zaal wist te boeien. “Mensen weten te weinig van schimmels en zeker van de positieve eigenschappen ervan. Zoals voor de ontwikkeling van gist in brood, alcohol en penicilline, maar ook voor de natuur waarvoor ze onder meer als ‘de grote opruimers’ kunnen worden bestempeld.” Ook wees hij op de relatie tussen zieke bomen en de beperkte aanwezigheid van schimmels onder de grond. “We kunnen daarnaast veel van schimmels leren, bijvoorbeeld voor het verplaatsten van voedingsstoffen die mensen hard nodig hebben.”

De alom aanwezige onbekendheid met schimmels zorgt er volgens Postma soms voor dat de bestrijding ervan, bijvoorbeeld  voor de landbouw, gevolgschade met zich meebrengt. “We weten met z’n allen niet meer dan ‘een speldeprik’ van schimmels. Omdat we niet precies wisten wat we deden, hebben we iets gedaan met de vitaliteit van ons land. Als je bij de bestrijding van schimmels niet weet wat je allemaal precies weghaalt, kunnen verkeerde zaken de overhand krijgen. Ik hoop dan ook dat de wetenschap  een antwoord hierop vindt, zodat  voorkomen wordt dat bij de bestrijding van schimmels de positieve kenmerken hiervan zoveel mogelijk onaangetast blijven.”