Pieter van Vollenhoven: Londense woontorenbrand kan ook hier gebeuren

 

Een brand zoals die onlangs heeft voorgedaan in de Grenfell-flat in Londen kan ook in Nederland gebeuren. Die vrees sprak Pieter van Vollenhoven, voorzitter van de stichting Maatschappij en Veiligheid en praktijkhoogleraar risicomanagement, onlangs uit in een uitzending van het TV-programma ‘ Nieuwsuur’. “We moeten niet vergeten dat we leven in een tijdperk van zelfregulering; we laten veel aan de sector zelf over en bovendien zie je dat de overheid een terugtrekkende beweging maakt en zelfs op het toezicht bezuinigt. Dat vind ik onjuist, omdat de overheid verantwoordelijk is voor de veiligheid.” Bovendien blijkt volgens Van Vollenhoven uit verschillende onderzoeksrapporten, ook uit de bouw, dat de sector die eigen verantwoordelijkheid lang niet altijd waarmaakt. Dus enerzijds zie je een overheid die zich terughoudend opstelt om niet al te betuttelend over te komen en anderzijds dat de sector de eigen verantwoordelijkheid niet waarmaakt en meestal om economische motieven.”

Het idee dat het bouwtoezicht wordt geprivatiseerd spreekt hem om dezelfde redenen dan ook niet aan. Gevraagd naar wat het meest riskante is van het geprivatiseerde bouwtoezicht, antwoordt hij: “Het is de verantwoordelijkheid van de overheid en die moet dat kunnen waarmaken. Je ziet gemeenten dit teveel uit handen geven en de kwaliteit missen om dat toezicht naar behoren uit te voeren, wat je ziet bij gemeenten die vergunningverlener zijn. Ik vind dat de overheid zijn verantwoordelijkheid naar de burger niet mag verkwanselen, want als het gaat om veiligheid en waarborgen dan is de overheid daarvoor verantwoordelijk.” Om dezelfde redenen is hij het oneens met de stelling van minister Blok in zijn functie van Minister voor Wonen dat de kwaliteit van de bouw vanzelf beter wordt wanneer men de volledige verantwoordelijkheid heeft. “Het verleden heeft aangetoond dat de sector deze verantwoordelijkheid niet altijd waarmaakt en dat als het mis ging het totale overzicht ontbrak en niemand zich daarvoor verantwoordelijk voelde”, zei hij verwijzend naar de excessen, zoals die zich hebben voorgedaan in Enschede (stadion FC Twente) en Alphen aan den Rijn (hijskraanongeval).

Gevraagd naar de les die ‘we’ van de woontorenbrand in Londen kunnen leren met betrekking tot de privatisering van het woningtoezicht, antwoordt hij: “Wat precies de les is geweest, kunnen we nu nog niet zeggen. Want wat daar is gebeurd, is nu nog slechts een vermoeden. “Maar eerlijk gezegd zie je wel dat vaak de grenzen worden opgezocht, niet alleen in de bouw maar ook in andere sectoren. Men kijkt op grond van economische motieven wat nog mogelijk is en waarvan men denkt dat het nog net door de beugel kan. En daarmee gaat het mis. Als het mis gaat, geeft niemand meer thuis. Nogmaals, we weten nog niet precies wat er is gebeurd, maar dat het zo uit de hand heeft kunnen lopen, is gewoon onaanvaardbaar. Daar is geen ander woord voor.”

IRA Helsloot

  1. dr. Ira Helsloot, hoogleraar Besturen van Veiligheid aan de Radboud Universiteit, is een totaal andere mening toegedaan over het nieuwe geprivatiseerde bouwtoezicht. “Dat straks alles wordt gecontroleerd door zogeheten afhankelijke controleurs vind ik om twee redenen geen enkel probleem. Ten eerste is het huidige systeem slechts papier en is er geen sprake van een zinvolle controle. Dus, slechter dan nu kan eigenlijk niet. Bovendien is er in de nieuwe situatie voor de aannemer/bouwer een duidelijke incentive om zijn best te doen. Als het fout gaat, dan is hij financieel aansprakelijkheid, valt hij uit het systeem en is hij mogelijk zelfs out of business.”
  2. De hoogleraar wil zelfs nog een stap verder gaan en pleit voor verdere deregulering. “Bouwen zonder vergunning met als enige voorwaarde een verzekering tegen alle schade, een systeem van verzekerde risicoaansprakelijkheid zoals bijvoorbeeld in Frankrijk goed werkt. Verzekeraars organiseren het toezicht en gaan daarin slimmer, gerichter en beter te werk dan de overheid, omdat zij niet letten op alle onzinnige details in de regelgeving maar alleen kijken naar de belangrijke zaken waarvan ze weten dat het uitmaakt. Dat is uiteindelijk goedkoper maar leidt zoals uit enkele onderzoeken is gebleken ook tot betere bouwwerken. Dus wat mij betreft gaan we een stap verder: ophouden met het verplichte toezicht en vergunningen, maar het helemaal aan de markt overlaten. Met als belangrijke stok achter de deur die verplichte verzekerde risicoaansprakelijkheid.

Desgevraagd zegt hij dat het bouw- en woningtoezicht in Nederland op dit moment op geen enkele manier de illusie kan waarmaken die we met elkaar scheppen dat een vergunning die wordt afgegeven ook daadwerkelijk is gecontroleerd en bovendien dat er gebouwd is zoals in de vergunning staat, Eigenlijk moeten we de illusie doorprikken en zeggen dat het niet werkt zoals is afgesproken. Elke verandering is dan ook een stap voorwaarts, want achteruit kan niet.”