OvFD: AFM zaait met berichtgeving over aflossingsvrije hypotheek onnodige paniek

De Organisatie van Financiële Dienstverleners (OvFD) heeft forse kritiek geuit op de berichtgeving van toezichthouder AFM waarin deze stelt dat dat 78.000 huishoudens met een aflossingsvrije hypotheek financieel kwetsbaar zouden zijn. In een reactie zegt de OvFD zich niet alleen zich hierin niet te herkennen, maar zegt zij bovendien te vrezen dat “dit soort berichten leidt tot onnodige paniek onder huizenbezitters met een aflossingsvrije hypotheek”.

Volgens OvFD-voorzitter Christian Dijkhof is het goed om huizenbezitters tijdig te informeren en adviseren over wat er aan het einde van de looptijd van de hypotheek kan gebeuren, maar is het daarbij wel belangrijk om onnodige paniek te voorkomen. “Feit is dat er weinig partijen zijn die zicht hebben op de totale vermogenspositie van deze consumenten of huishoudens. Zo geeft de AFM ook in haar rapport aan dat er relatief veel ondernemers voor een aflossingsvrije hypotheek hebben gekozen. Een groep die, zo vermoed de toezichthouder, over een minder riante oudedagsvoorziening beschikt. Vaak heeft deze groep juist voor aflossingsvrij gekozen, omdat er andere vermogensbestanddelen aanwezig zijn en er derhalve geen echt probleem voor hen is.’

Het onderzoek geeft aan dat zo’n drie procent van alle circa drie miljoen aflossingsvrije hypotheken, niet voor herfinanciering in aanmerking zou komen aan het einde van de looptijd in 2035. “Maar daarmee heb je niet automatisch een probleem. Je kunt tussentijds nog verhuizen, de looptijd van de hypotheek alvast verlengen of, bijvoorbeeld als het gaat om ondernemers, alsnog versneld aflossen. Deze groep heeft volgens de cijfers van de AFM nog zo’n vijftien jaar. Feit is dat er weinig partijen zijn die zicht hebben op de totale vermogenspositie van deze consumenten of huishoudens. Zo geeft de AFM ook in haar rapport aan dat er relatief veel ondernemers voor deze vorm hebben gekozen; de AFM vermoedt vervolgens dat deze over een minder riante oudedagsvoorziening beschikken. Vaak heeft deze groep juist voor aflossingsvrij gekozen, omdat er andere vermogensbestanddelen aanwezig zijn en er derhalve geen echt probleem voor hen is”, aldus de OvFD.

De meeste huiseigenaren zien hun aflossingsvrije hypotheek volgens de OvFD niet als een verkeerde keuze. “Veel huizenbezitters hebben er bewust voor gekozen vanwege de flexibiliteit en lage lasten. Voor ouderen met een beperkt pensioeninkomen is de aflossingsvrije hypotheek vaak de beste oplossing om in hun huis te kunnen blijven wonen. Zij hebben vaak ruim voldoende overwaarde en omdat hun maandlasten bescheiden zijn, is aflossen dan niet noodzakelijk. Want uiteindelijk wordt de hypotheek bij de verkoop van het huis volledig terugbetaald. Door die lage maandlasten blijft er bovendien ruimte om extra zorg in te kopen.”

Falend overheidsbeleid

De AFM stelt verder nog dat met name mensen met lagere inkomens en hoge Loan-to-Value kwetsbaar zijn, doordat er vaak geen ruimte is om extra af te lossen en hogere maandlasten ook geen optie zijn. De OvFD onderkent dat, maar geeft daarbij wel aan  dat deze groep vaak ook weinig alternatieven heeft. “Huren levert vaak nog hogere maandlasten op, als er al een passende huurwoning beschikbaar is. In dat opzicht is het niet zozeer de hypotheekvorm die het probleem vormt, als wel het falende overheidsbeleid als het gaat om het tot stand brengen van een evenwichtige woningmarkt waar voldoende aanbod is van huur- en koopwoningen in de verschillende segmenten.”

“Om huizenbezitters met een aflossingsvrije hypotheek meer lucht te geven, is een mogelijke oplossing dat geldverstrekkers de looptijd van alle aflossingsvrije hypotheken verlengen van 30 naar 75 jaar of helemaal geen einddatum hanteren. Mensen met een bescheiden inkomen kunnen de maandelijkse lasten van hun aflossingsvrije hypotheek nu en in de toekomst over het algemeen prima betalen.”