LIV: 2020 start met toename van aantal motorvoertuigen met 6,7%

In de eerste maand van januari werden in ons land 1.933 motorvoertuigen gestolen. Dat zijn er 6,7% meer dan in januari 2019, zo blijkt uit cijfers van het Landelijk Informatiecentrum Voertuigdiefstal (LIV). In zeven van de elf voertuigcategorieën was sprake van een diefstaltoename, bij drie van een afname en in één categorie was het aantal diefstalgevallen gelijk aan vorig jaar januari.

Er werden vorige maand minder personenauto’s gestolen dan in januari 2019: 624 vs 651, een afname met 4,1%. Die daling is meer dan volledig toe te schrijven aan de ontwikkeling bij de oudere automodellen (4 jaar en ouder), waarvan er 474 werden gestolen tegen 519  een jaar eerder, een afname met 8,7%. Daar staat een stijging tegenover van het aantal diefstalgevallen bij de jongere modellen: met 13,6%  van 132 naar 150. Ook werden er vorige maand minder motoren ontvreemd: 94 tegen 99 (min 5,1%).

Uit cijfers van het LIV blijkt verder dat in aantallen de grootste diefstaltoename zich voordeed bij brom- en snorfietsen: van 893 naar 991, een toename met 11,0%. Van een stijging van het aantal diefstalgevallen was ook sprake bij lichte bedrijfsvoertuigen (152/110, + 38,2%), aanhangers (44/40, +10%), caravans (10/6, + 66,7%), opleggers (9/8, + 12,5%) en zware bedrijfsvoertuigen (9/4, + 125%). Net als vorig jaar januari werd er ook vorige maand geen enkele bus gestolen. Het terugvindpercentage was vorige maand met 24,1% iets hoger dan de 23,3% in januari 2019.

Van de 1.933 gestolen voertuigen werden er in totaal 465 (430) teruggevonden. Het terugvindpercentage was het hoogst  bij lichte bedrijfsvoertuigen (55,6%), gevolgd door de oudere personenauto’s (32%), zware bedrijfsvoertuigen (29,1%) en de jongere auto’s (26,3%). Het minst kwamen eenmaal gestolen caravans(10%), opleggers (11,1%), aanhangers (11,4%) en motorfietsen (12,4%) bij de rechtmatige eigenaar terug. Ook het aal teruggevonden bromfietsen lag met 21,4 onder het gemiddelde