KPMG: “Nederland best voorbereid op zelfrijdende auto”

Nederland is wereldwijd het best voorbereid op de komst van de zelfrijdende auto. Deze hoge positie dankt Nederland vooral aan de aanwezigheid van een goed onderhouden wegennet, de kwaliteit van de digitale infrastructuur en een overheidsbeleid dat het grootschalig testen van zelfrijdende auto’s en vrachtwagens mogelijk maakt. Dit blijkt uit de KPMG Autonomous Vehicles Readiness Index 2018, een onderzoek naar de voorwaarden voor vervoer op grote schaal met de zelfrijdende auto.

Voor het onderzoek zijn wereldwijd twintig landen beoordeeld op het gebied van overheidsbeleid en wetgeving, de kwaliteit van de infrastructuur, de mate waarin nieuwe technologie in de maatschappij aanwezig is en de acceptatie door de consument. Nederland wordt op de ranglijst gevolgd door Singapore, de Verenigde Staten en Zweden.

Voorop met technologie en innovatie

“Ons land scoort niet alleen goed als het gaat om de ontwikkeling van beleid en wetgeving om de komst van een dergelijk voertuig mogelijk te maken”, zegt Loek Kramer, partner bij KPMG en segmentleider Automotive. “Ook op het gebied van technologie en innovatie doet Nederland het goed. Ons land kent in vergelijking met andere landen een groot aantal R&D-centra en industrie partnerships en bovendien een fijnmazig netwerk van oplaadpalen voor de elektrische auto. Dat laatste is een goede indicator voor de bereidheid van een maatschappij om de infrastructuur bij de tijd te houden. Zelfrijdende voertuigen gaan niet alleen de wijze van transport ingrijpend veranderen, maar ook de manier waarop mensen wereldwijd leven en werken.”

Flinke uitdagingen

Naast de aanzienlijke kansen zorgt de komst van de zelfrijdende auto ook voor flinke uitdagingen waarop een antwoord moet worden gevonden om alle voordelen van het voertuig te kunnen benutten. Kramer: “Auto’s moeten met elkaar, met de weginrichting, zoals verkeerslichten en borden, en met andere verkeersdeelnemers, zoals fietsers en voetgangers, kunnen communiceren. Daar liggen grote kansen voor de Nederlandse toeleveranciers in de auto-industrie. Publieke-private samenwerking zal de ontwikkeling van onze huidige expertise en innovatiecapaciteit verder versnellen.

Goede voorbeelden zijn de Automotive High Tech Campus in Eindhoven en de Technische Universiteit Eindhoven die een specifieke faculteit voor Smart Mobility kent. Ook de samenwerking tussen provincies en fabrikanten waarbij getest wordt met slimme vrachtwagens, zoals bij Schiphol, speelt ons hierbij in de kaart.”

Introductie gaat niet vanzelf

Hoewel Nederland goed gepositioneerd is, gaat zal een grootschalige introductie van de zelfrijdende auto niet vanzelf gaan. “Uit eerder KPMG-onderzoek blijkt dat de gemiddelde Nederlander nog terughoudend is als het gaat om de zelfrijdende auto. Slechts een derde van de Nederlanders is enthousiast is over de komst van zelfrijdende auto’s. Ruim de helft wil zelf aan het stuur blijven zitten. Ruim 10% geeft aan geen voorkeur te hebben”, aldus Kramer.

Nederlanders hebben volgens hem met name twijfels over de keuzes die de zelfrijdende auto in het verkeer maakt en de vraag wie aansprakelijk is wanneer het voertuig in het verkeer een ongeval veroorzaakt. “Als zelfrijdende auto’s aantoonbaar minder verkeersslachtoffers zouden veroorzaken, gaat het roer echter drastisch om. Dan geeft de helft van de onderzochte Nederlanders aan te zullen kiezen voor een zelfrijdende auto.”