Werknemers in praktische beroepen hebben drie keer zo vaak een beroepsziekte


Werknemers in praktische beroepen – vaak aangeduid met een lagere sociaaleconomische positie (SEP) – hebben bijna drie keer zo vaak een beroepsziekte. Zij hebben vaker tijdelijke en blijvende arbeidsongeschiktheid door aandoeningen van het bewegingsapparaat. Zestig procent van de beroepsziektemeldingen van werknemers in een hogere SEP, betreft overspanning of burn-out. Dit aandeel stijgt, zo blijkt uit de eind vorig jaar gepubliceerde cijfers in ‘Beroepsziekten in Cijfers 2018.’ 

In 2017 zijn door 792 artsen 4.619 meldingen van een beroepsziekte gedaan. Net als in de afgelopen drie jaar het geval was, werden ook in 2017 psychische aandoeningen het meest gemeld, waarbij overspannenheid en burn-out voor driekwart van het aantal aandoeningen zorgt. Procentueel neemt het aantal psychische aandoeningen toe, van 22% in 2013 tot 57% in 2017. Dit komt vooral door het wegvallen van de meldingen uit de bouw en de toename is alleen procentueel, want het absoluut aantal meldingen ligt al een paar jaar tussen 2.600 en 2.700 meldingen.

Leeftijd en geslacht
Wanneer leeftijd en geslacht uitgesplitst worden, vallen enkele dingen op. Zo worden huidaandoeningen vooral bij vrouwen jonger dan 30 jaar of tussen de 51 en 60 jaar gerapporteerd, terwijl bij mannen de piek tussen 41 en 60 jaar ligt. De piek in leeftijdscategorieën voor psychische aandoeningen is ook eerder bij vrouwen – namelijk in de leeftijdscategorie tussen 41 en 50 jaar, daar waar bij mannen de piek zich bevindt in de leeftijdscategorie tussen 51 en 60 jaar. Gehooraandoeningen komen dan weer vooral voor bij mannen. Voor aandoeningen aan het houdings- en bewegingsapparaat en luchtwegaandoeningen is het verloop in relatie tot de leeftijd gelijk voor mannen en vrouwen. Wel neemt het percentage mannen bij luchtwegaandoeningen toe met de leeftijd: van 60% in de groep jonger dan 30 jaar tot 88% in de leeftijdscategorie ouder dan 60 jaar.


Bij 11% procent van de meldingen is er geen sprake van verzuim. Mensen blijven vooral aan het werk met gehooraandoeningen (92%). Wanneer er verzuimd wordt, gebeurt dit vooral drie tot zes maanden (29% van alle meldingen) gevolgd door één tot drie maanden (23%) en meer dan zes maanden (22%). Verzuim langer dan een maand komt vooral voor bij psychische aandoeningen (88%), aandoeningen aan het houdings- en bewegingsapparaat (74%) en luchtwegaandoeningen (39%).

Risicofactoren en -sectoren

In de Top 10 van risicofactoren die weergegeven wordt in de infographic zijn er vijf gerelateerd aan psychische aandoeningen, vier aan aandoeningen aan het houdings- en bewegingsapparaat en één aan gehooraandoeningen. De vijf genoemde risicofactoren voor psychische aandoeningen – werkinhoud; werkrelaties; werktempo; trauma en taakautonomie – worden bij 91% van de psychische aandoeningen als hoofdoorzaak gemeld. Voor aandoeningen aan het houdings- en bewegingsapparaat is dit 61% voor de vier risicofactoren – herhaalde armbewegingen; tillen en dragen; handkracht en duwen en trekken.

De drie sectoren met de meeste beroepsziektemeldingen, gezondheidszorg, overheid en industrie, kennen de meeste meldingen in de leeftijdscategorie van 51 tot 60 jaar; 32% in de gezondheidszorg, 35% bij de overheid en 37% in de industrie. De verdeling tussen vrouwen en mannen verschuift van 83/17% in de gezondheidszorg, naar respectievelijk 46/54% bij de overheid en 28/72% in de industrie.

Van de 986 meldingen in de gezondheidszorg omvatten 692 meldingen psychische aandoeningen (70%) en 191 aandoeningen aan het houdings- en bewegingsapparaat (19%). Bij de overheid (783 meldingen) heeft bijna 60% van het aantal meldingen betrekking op een psychische aandoening (467 meldingen), gevolgd door gehoorklachten (188 meldingen; 24%). In de industrie (649 meldingen) zijn 45% van meldingen aandoeningen aan het houdings- en bewegingsapparaat – 72% hiervan zijn RSI klachten – gevolgd door psychische aandoeningen met 35%.