Ministers houden jarenlang onterecht een verbod op de uitstoot van giftige stoffen tegen

Zeker tien jaar lang hebben ministers van Infrastructuur en Waterstaat beweerd geen verbod op uitstoot van giftige en kankerverwekkende stoffen door binnenvaartschepen te kunnen instellen wegens internationale verdragen. Een Rapport over Drijvende Ontgassing, geschreven door Abdurrahman Erol, promovendus aan Erasmus School of Law, en Alessandra Arcuri, hoogleraar Internationaal Economisch Recht aan Erasmus School of Law, laat zien dat internationale verdragen geen obstakel vormen bij de implementatie van zo’n verbod. NRCOpent externNOS Opent externen Omroep FlevolandOpent extern hebben de onderzoekers geïnterviewd en het Rapport besproken.

Dagelijks laten binnenvaartschippers giftige dampen uit hun tanks ontsnappen na levering van olie- of chemische producten aan klanten om de tanks schoon te maken voor een nieuwe lading, bijvoorbeeld op het Markermeer of het IJsselmeer. Bij dit ontgassen krijgt het scheepspersoneel last van hoofdpijn, koorts en rode ogen. De dampen zijn kankerverwekkend, tasten de bloedlichamen aan en zijn schadelijk voor de voortplanting. Schippers zelf maken zich ook zorgen over de langetermijneffecten voor hen, hun personeel en het milieu waarin de dampen worden gedumpt.

Volgens ministers zou een verbod ook wenselijk zijn, maar is dat op dit moment niet mogelijk omdat Zwitserland en Frankrijk het ontgassingsverdrag nog niet hebben geratificeerd. Internationale verdragen zouden in de weg staan aan het alvast invoeren van een Nederlands verbod, wanneer deelnemende landen van een verdrag de verdragstekst nog niet allemaal hebben goedgekeurd.

In opdracht van Omroep Flevoland analyseerden Arcuri en Erol de internationale verdragen waarvan ministers beweerden dat deze een landelijk verbod op ontgassen in de weg zouden staan. De onderzoekers kwamen tot een hele andere conclusie dan de ministers, zo verklaart Arcuri tegenover Omroep Flevoland: “We hebben heel veel juridische bronnen geraadpleegd. Echt duizenden bladzijden hebben we gelezen. En nergens is iets te vinden dat een landelijk verbod in de weg staat. Maar op grond van mensenrechtenverdragen móét Nederland het hoogstwaarschijnlijk verbieden, omdat de gezondheid van inwoners op het spel staat en het milieu wordt belast”

De communicatie van de ministers met de Tweede Kamer is volgens Arcuri het kwalijkst: “Je maakt het op die manier erg moeilijk voor het publiek om de regering te controleren. Gezien de passiviteit van de Nederlandse overheid en omdat het ontgassen aannemelijk ernstige gevolgen heeft voor de gezondheid, is dit erg zorgelijk. Ook bestaat het risico dat dit soort technische wetten worden gebruikt als excuus om niet te handelen.”