Aon constateert groeiende vraag naar verzekering tegen omzetverlies door terreur

Aon signaleert een groeiende markt in verzekeringen tegen omzetverlies als gevolg van terreur. “Zowel vraag als aanbod nemen toe. Dat de markt nog relatief zacht is (de premies dalen nog steeds, gemiddeld met 10% tot 20%), komt doordat aanslagen vooral slachtoffers maken. Dat leidt vooral tot emotioneel leed; grote materiële schade blijft vaak uit”, meldt de risicoadviseur en verzekeringsmakelaar in haar Terrorism & Political Violence Risk Map en de Political Risk Map waarmee de wereldwijde risico’s van terrorisme en politiek geweld en politieke risico’s in kaart worden gebracht

Verzekeraars bieden onder meer steeds vaker een zogenaamde ‘dreigingsdekking’ aan. Daarmee zijn organisaties verzekerd tegen de gevolgschade na een dreigingssituatie, zoals een kleinere import als gevolg van een tijdelijke grenssluiting. Ook verzekeringen tegen onderbreking van de toeleveringsketen als gevolg van terrorisme zijn in opkomst. Een loss of attraction-dekking verzekert bedrijven tegen inkomensderving als gevolg van het wegblijven van bezoekers. Marc van Nuland, CEO bij Aon Nederland: “Het potentiële omzetverlies als gevolg van terreur is niet te onderschatten. Neem hotels in Londen die de komende weken minder klandizie hebben omdat minder toeristen de stad bezoeken. Zij konden voorheen geen aanspraak maken op een klassieke terrorismeverzekering. Met een Loss of attraction-dekking zijn zij nu wél verzekerd”, aldus Aon’s CEO, volgens wie een verzekering slechts het sluitstuk vis oor risico’s die zich niet laten beheersen.  Hij adviseert organisaties om altijd eerst hun risico’s in kaart te brengen en zelf maatregelen te nemen om de impact van bijvoorbeeld een terroristische aanslag in de omgeving te beperken. “Bereid bijvoorbeeld uitwijkmogelijkheden voor en zorg dat je voor belangrijke leveranciers een back-up hebt, zeker als je aanvoer afhankelijk is van één partij. Zo voorkom je dat je bedrijfsvoering stilvalt in geval van een calamiteit.”

“Bedrijven dienen hun risico’s meer dan ooit integraal te bekijken,” zegt Marco Zannoni, terrorisme-expert en directeur bij het COT. “Je hoeft als organisatie niet rechtstreeks slachtoffer te zijn van een aanslag om er toch door geraakt te kunnen worden. Denk aan overheidsmaatregelen zoals grootschalige verkeersomleidingen, waardoor klanten en personeel je vestiging niet kunnen bereiken. Terrorisme en politiek geweld vormen meer en meer een algehele bedreiging voor de bedrijfscontinuïteit, niet alleen voor de fysieke veiligheid van personeel. Die situatie vraagt ook om één integraal veiligheidsbeleid.”
Toename terrorisme en politieke risico’s

Het internationale bedrijfsleven heeft voor het tweede jaar op rij te maken met groeiende risico’s op het gebied van terrorisme en politiek geweld, zo blijkt uit beide maps. Het aantal landen met verhoogde politieke risico’s voor bedrijven, zoals overheidsbemoeienis of stakingen, nam voor het eerst in vier jaar niet toe, maar bleef gelijk. Wel kan de opkomst van populisme en nationalisme leiden tot meer onzekerheden voor internationale handel. Zo nam het aantal terroristische aanslagen nam in 2016 wereldwijd met 14% toe. Met name westerse landen zagen een toename: van 35 aanvallen in 2015 naar 96 in 2016, een stijging van 174%. Dit is nog altijd minder dan 3% van het wereldwijde aantal terroristische aanslagen: in 2016 zijn er 4.151 terreuraanslagen gepleegd, tegen 3.633 in 2015. Met de opkomst van autoritaire regimes groeit ook de kans op binnenlandse conflicten, coups en opstanden.

In Duitsland stijgt het risiconiveau voor terrorisme en politiek geweld van laag naar middelhoog door een flinke stijging in terreuraanslagen: van twee in 2015 naar vijftien in 2016. Ook het rechtsextremisme gericht op vluchtelingen nam in Duitsland flink toe. In de Verenigde Staten (VS) stijgt het risico eveneens van laag naar middelhoog als gevolg van de toegenomen dreiging van eenlingen met jihadistische sympathieën. Ook civiele onrust blijft een risico in de VS door aanhoudende demonstraties tegen discriminatie.

Olie- en gassector

De olie- en gassector is wereldwijd het vaakst doelwit van aanslagen. Het merendeel van deze aanslagen vond plaats in Colombia en Nigeria; landen die voor hun export sterk afhankelijk zijn van olie en gas. Een gunstige ontwikkeling voor de gespannen situatie in olie-exporterende landen is de stijgende olieprijs, die waarschijnlijk voor meer rust zorgt. Ook de transport- en retailsector zijn vatbaar voor de gevolgen van terrorisme en politiek geweld.

Bedrijven hebben niet alleen groeiende zorgen over de financiële schade van terrorisme en politiek geweld, maar ook over de veiligheid van hun mensen en de impact van een aanslag op hun bedrijfscontinuïteit, hun klanten of leveranciersketen. In totaal zijn 126 landen in 2016 beoordeeld als gevoelig voor maatschappelijke onrust, 90 landen voor terrorisme en sabotage en 70 voor opstanden, oorlog of coups. Wereldwijd werd de situatie in 2016 per saldo minder veilig. De dreiging van terrorisme en politiek geweld nam toe in Albanië, Australië, Colombia, Ivoorkust, Gambia, Duitsland, Kazachstan, Kenya, Maleisië, Panama, de Filippijnen, Singapore, Zuid-Korea, Zwitserland, Turkije, Groot-Brittannië, de VS, Uruguay en Vaticaanstad. In Nepal, Niger, Slowakije, Turkmenistan, Bahrein, Bosnië & Herzegovina, Tsjaad, Comoren, Gabon, Ghana en Israël namen de risico’s juist af.


Politieke risico’s
Populisme en protectionisme in ontwikkelde landen kunnen leiden tot een toename van politieke risico’s in opkomende economieën wanneer de stabiliteit van deze landen onder druk komt te staan. De politieke risico’s in met name het Midden-Oosten en Afrika blijven hoog, hoewel hervormingen en eerdere economische aanpassingen het herstelvermogen verbeteren. De nasleep van onzekerheden over beleid in ontwikkelde economieën, zoals in de VS en Europa, lijken handelspartners in Azië en producerende landen in Afrika en het Midden-Oosten kwetsbaarder te maken.

De energiesector blijft de economische risico’s beïnvloeden in veel opkomende markten. De verwachte stabilisatie in olie- en gasprijzen zal de economische druk voor producerende landen enigszins verlichten, terwijl de druk op importerende landen, met name in Azië, hierdoor juist stijgt. Open economieën die zelf een kleine binnenlandse markt hebben, zoals Chili, Columbia, Hong Kong, Maleisië, Singapore en Taiwan, zijn kwetsbaarder door hun afhankelijkheid van handelspartners. De politieke risico’s zijn toegenomen op de Comoren, Azerbeidzjan, Djibouti, Koeweit, Zimbabwe, Mozambique en Ethiopië. Landen met een verbeterde situatie zijn Argentinië, Guinee, Madagaskar, Paraguay, Rwanda en Ghana.


Voor het volledige rapport en de interactieve kaarten kunt u terecht op www.aon.nl/riskmap.