Bijna de helft van de dodelijke kop-staartbotsingen in files vindt plaats in de staart. Dit komt vooral doordat daar de snelheidsafname groter is en het achteropkomend verkeer meer en harder moet remmen. Uitbreiding van het aantal filewaarschuwingssystemen kan het aantal filegerelateerde ongevallen verminderen. Op dit moment heeft zo’n 60% van de autosnelwegen filewaarschuwingssysteem, zo komt naar voren uit de SWOV Factsheet Filevorming en wegwerkzaamheden.
Files ontstaan met name wanneer de verkeersvraag groter is dan
de capaciteit van de weg of als gevolg van een ongeval of een incident
(bijvoorbeeld afgevallen lading, voertuig met pech). Wegwerkzaamheden zijn
slechts in 2-3% van de gevallen de oorzaak van een file. Over de periode
2015-2019 neemt het aantal files op rijkswegen toe, met een grote stijging in
2019. In 2020 en 2021 zijn er veel minder files geregistreerd, maar dit heeft
waarschijnlijk te maken met de reisbeperkende maatregelen in verband met
corona. Ongevallen door files vinden vooral in de staart van een file plaats.
Daar neemt de snelheid van de verkeerstroom steeds sterker af, wat samengaat
met veel en hard afremmen en een grote kans op kop-staartbotsingen. Binnen de
file zelf gebeurt relatief weinig: het verkeer staat nagenoeg stil. Als er een
ongeval plaatsvindt, is de snelheid laag en zijn de gevolgen gering.
Licht positief effect filewaarschuwingssystemen
Onderzoek lijkt uit te wijzen dat filewaarschuwingssystemen een
(licht) positief effect hebben op gereden snelheden en ongevallen. Uitbreiding
van deze signalering en waarschuwingssystemen kan file-gerelateerde ongevallen
voorkomen, aldus de onderzoeker. Momenteel is ongeveer 60% van de rijbanen op
het autosnelwegennet voorzien van signalering. Ontwikkelingen in
voertuigtechnologie, zoals forward collision warning (FCW) en assisted
braking, zouden ook kunnen bijdragen aan het voorkomen van
(kop-staart)ongevallen in de file. In theorie is het echter ook mogelijk dat er
voertuigontwikkelingen komen met een negatief effect op verkeersveiligheid,
omdat ze tot afleiding of minder alertheid kunnen leiden. Dit negatieve effect
zou groter kunnen zijn in situaties met filevorming.
Uit literatuuronderzoek en diepteonderzoek blijkt dat
kop-staartongevallen het meest, en flankongevallen minder vaak voorkomen bij
ongevallen door files op Nederlandse rijkswegen. De oorzaken hebben vooral te
maken met onvoldoende afstand houden, onoplettendheid, afleiding en foute
inschattingen van de snelheidsverschillen. Vrachtauto’s zijn disproportioneel
vaak betrokken bij file-ongevallen en dan met name bij kop-staartongevallen.
Onderzoek naar dodelijke ongevallen op rijkswegen in 2019 gaf aan dat
nagenoeg de helft van de dodelijke kop-staartongevallen in de staart van de
file plaatsvond. Dit aandeel lijkt relatief constant in de jaren waarover dit
onderzoek is uitgevoerd . Bij vier van de tien locaties waar een dodelijke
kop-staartbotsing in 2019 in de staart van de file plaatsvond, was signalering
(MTM) in werking. Van de overige zes locaties waren vier bekend als
filegevoelige locatie. Ook in de periode 2015-2018 vonden ongeveer de helft van
alle dodelijke kop-staartongevallen op Rijkswegen plaats in de staart van de
file en bij slechts een derde van deze locaties was signalering aanwezig.
Ongevallen bij wegwerkzaamheden vonden meestal overdag plaats,
maar het aandeel ongevallen bij wegwerkzaamheden tijdens daglicht van het
totaal aantal ongevallen tijdens daglicht, was gelijk aan het aandeel voor
niet-daglichtongevallen bij wegwerkzaamheden. Bij 83% van de ongevallen was
langzaam verkeer betrokken (vooral voetgangersongevallen en flankongevallen
(schampen van fietsers/brommers)) en vaak (17%) waren dit wegwerkers.Er is
weinig bekend over de oorzaken van ongevallen bij wegwerkzaamheden. Ouder
onderzoek op basis van processen-verbaal vond dat voorrangsfouten,
achteruitrijden en oversteken vaak genoemde toedrachten waren bij dit type
ongevallen binnen de bebouwde kom. Bij ongevallen buiten de kom was dat vaak
(bijna 40%) een te hoge snelheid.
Bij een aantal ongevallen binnen de bebouwde kom blijkt dat met name langzaam
verkeer een afgezette weg inrijdt en vervolgens botst met werkverkeer, valt, of
een greppel inrijdt . Uit de beoordeling van vijftig WIU-locaties blijkt
dat vaak onvoldoende rekening gehouden is met fietsers. Het werkvak is niet
altijd goed afgesloten, het is niet altijd duidelijk welke gedragsaanpassingen
van fietsers verwacht worden en het bord ‘fietser afstappen’ wordt soms onterecht
toegepast.