Veel werknemers verwachten de komende jaren lastige gesprekken te zullen moeten voeren met hun baas over thuiswerken. Dat stelt Willis Towers Watson vast op basis van een enquête gehouden onder meer dan 1.000 Nederlanders.
Toen twee jaar geleden de coronapandemie uitbrak maakte BV Nederland massaal de shift naar thuiswerken. Maar nu de pandemie ons leven niet meer (zo sterk) beheerst, willen sommige bedrijven geheel of gedeeltelijk terug naar het oude normaal. Een deel van hen zal echter op de nodige weerstand stuiten. Veel werknemers willen namelijk helemaal niet terug naar dat oude normaal.
In de Global Benefits Attitudes Survey van Willis Towers Watson geeft bijna een kwart (23%) van de respondenten aan het liefst altijd of meestal thuis te werken. “Thuiswerken is absoluut een blijvertje en de kunst voor werkgevers zal zijn om dit op de juiste manier te gaan organiseren”, stelt Raymond Wammes, Director Work, Rewards & Careers bij Willis Towers Watson.
Een flink ander beeld dan vóór de pandemie, zo blijkt. Toen gaf 72% van de medewerkers aan dat zij altijd of meestal op kantoor of op locatie werkten, en slechts 12% vanuit huis. Inmiddels komt in tal van onderzoeken naar voren dat veel werknemers de voorkeur geven aan een hybride aanpak, dat wil zeggen een combinatie tussen op kantoor of op afstand/thuis werken.
Willis Towers Watson becijfert dat 28% van de werknemers de voorkeur geeft aan een gelijke verdeling tussen kantoor en thuis. In ieder geval wil ongeveer de helft van de werknemers (48%) niet terug naar de situatie waarin ze vooral of enkel op kantoor moeten werken.
Betere werk-privébalans
De enorme shift naar een voorkeur voor meer thuiswerken komt vooral door de voordelen die het medewerkers biedt. Zo stelt meer dan de helft (56%) van de respondenten dat ze dankzij thuiswerken een betere balans tussen werk en privéleven ervaren.
Slechts één op de zes respondenten (17%) denkt echter dat hun wensen door hun werkgever zullen worden gehonoreerd. Nu de rook van corona vooralsnog lijkt opgetrokken, dreigt op dit thema steeds vaker een mismatch tussen de voorkeuren van werknemers en die van het bedrijf te ontstaan.
“In deze uitdagende arbeidsmarkt moeten bedrijven begrijpen wat hun personeel wil en nodig heeft als ze het beste talent willen aantrekken en behouden”, waarschuwt Wammes. “Flexibiliteit in werk staat zeer hoog op de wensenlijst tegenwoordig. Mensen die meer flexibiliteit willen dan ze nu krijgen zullen eerder van baan veranderen, ondermaats presteren of een burn-out krijgen.”
Dit wordt onderstreept door de antwoorden van de respondenten. Maar liefst een derde (35%) van degenen die op afstand willen werken, maar daartoe niet de mogelijkheid hebben, zegt van baan te willen veranderen. Flexibel werken is nu de op drie na belangrijkste factor bij het aantrekken van talent.
Uiteindelijk zal het tevreden houden van alle partijen draaien om het vinden van de juiste balans. Wammes: “Werken op afstand heeft voor- en nadelen: de een is blij met de grotere flexibiliteit, maar de ander mist misschien de teamsfeer van het kantoor. Werkgevers moeten hun werknemers ondersteunen en het juiste evenwicht vinden om de betrokkenheid en het welzijn te maximaliseren.”
Risico op mindere prestaties en betrokkenheid
Als bedrijven onvoldoende doen om de dreigende mismatch te lijf te gaan, kan dit negatieve gevolgen hebben voor zowel werknemers als organisaties. Wordt de mismatch te groot, dan kunnen de betrokkenheid en prestaties van werknemers afnemen.
Zo geeft een kwart (24%) van respondenten die tevreden zijn met hun manier van werken aan burn-outklachten te ervaren. Dat percentage stijgt tot maar liefst 37% voor degenen die meer willen thuiswerken.
Toch is (veel) thuiswerken niet per definitie de heilige graal. In het onderzoek komen diverse nadelen van thuiswerken naar voren. Zo denkt bijna een derde (30%) dat het schadelijk is voor hun loopbaanontwikkeling. Dat percentage loopt op tot 38% onder millennials. Ook zegt de helft (53%) zich door op afstand werken minder verbonden te voelen met hun team.
