Omzet industrie stijgt voor vierde kwartaal op rij

 

De industriële omzet is in het derde kwartaal met 5,2% gestegen, de vierde groeiperiode op rij. Zowel de binnen- als de buitenlandse omzet nam toe, respectievelijk met 1,1 en 7,3%. Op de meubelbranche na steeg de omzet in alle branches. De groei was het sterkst in de transportmiddelenindustrie (+18,9%), zo blijkt uit de CBS Kwartaalmonitor. De industrie produceerde in het derde kwartaal van dit jaar 4% meer dan in dezelfde periode een jaar eerder. De productie per gemiddelde werkdag neemt al acht kwartalen op rij toe ten opzichte van een jaar eerder, maar in het derde kwartaal extra sterk. Afgezien van de meubelindustrie groeide de productie in alle branches; het stevigst in de transportmiddelenindustrie (+16,3%). Daarnaast waren de afzetprijzen in de gehele industrie in het derde kwartaal 3,9% hoger dan in dezelfde periode in 2016. Binnen Nederland lagen de prijzen 4,1% hoger; voor de buitenlandse markt was de prijsstijging 3,7%. De afzetprijzen van de aardolie-industrie stegen dit kwartaal het meest: 11,7%.

In het derde kwartaal werden 63 faillissementen uitgesproken in de industrie, 27,6% minder dan in het vorige kwartaal en 20,3% minder dan in het derde kwartaal van 2016. Vooral in de meubelindustrie en de metaalproductenindustrie gingen minder bedrijven failliet dan een jaar geleden. In Q3 startten 1 285 nieuwe industriebedrijven, evenveel bedrijven opgericht als in het derde kwartaal van 2016. Daarnaast staakten in het derde kwartaal 635 bedrijven definitief hun werkzaamheden. Dat zijn er 290 minder dan een jaar eerder. Afgezien van de rubber- en kunststofproductenindustrie, nam het aantal opheffingen in geen enkele deelbranche toe. Aan het eind van het derde kwartaal waren in totaal 62.665 bedrijven actief in de industrie, 3% meer dan een jaar eerder.

Lichte toename producentenvertrouwen

Het vertrouwen van industriële ondernemers is ten opzichte van het voorgaande kwartaal licht toegenomen en komt aan het begin van het vierde kwartaal uit op 8,2. Daarmee is het producentenvertrouwen na een lichte afname in het derde kwartaal terug op het niveau van het tweede kwartaal. Sinds begin 2014 overheerst het positieve sentiment onafgebroken.  Per saldo verwacht 18% van de industriële ondernemers in het vierde kwartaal een toename van het aantal orders. Een verbetering van het economisch klimaat voor producenten, die door per saldo 11% van hen voorzien wordt, heeft onder andere tot gevolg dat de vraag naar materialen en halffabricaten toeneemt. Deze verbeteringen gaan ook gepaard met een verwachte uitbreiding van het personeelsbestand door per saldo 11% van de ondernemers. Daarmee zijn zij duidelijk positiever dan eind vorig jaar, toen het aantal ondernemers dat een werkgelegenheidsgroei verwachtte nog nagenoeg even groot was als het aantal dat een krimp voorzag. In vergelijking met het afgelopen kwartaal en met dezelfde periode vorig jaar, verwachten veel ondernemers (per saldo 12%) een verhoging van de verkoopprijzen.

Ontwikkelingen per branche

In de Kwartaalmonitor worden daarnaast de ontwikkelingen in het derde kwartaal belicht in de verschillende industriële bedrijfstakken ten opzichte van dezelfde periode daarvoor.

Voedings- en genotmiddelenindustrie: Omzet steeg voor het derde kwartaal op rij, dit keer met 6,1%. De kwartaalomzet nam op de buitenlandse markt harder toe (+9%) dan op de binnenlandse markt (+2,7%). De afzetprijzen waren voor het vijfde kwartaal op rij hoger dan een jaar eerder (+3,1%) en stegen in het binnenland harder dan op de buitenlandse markt. De voornaamste omzetgroei vond plaats in de tabaksverwerkende industrie: 19,9%; in de voedingsmiddelenbranche en de drankenbranche was deze 5,8 en 7,4%. De afzetprijzen lagen in alle deelbranches hoger. Per saldo 11% van de ondernemers verwacht dat de productie in Q4  hoger uitkomt, 4% is minder positief over het economisch klimaat, 9 % een stijging van de verkoopprijzen 8% een toename van de personeelssterkte.

Aardolie-, chemische, farmaceutische, rubber- en kunststofproductenindustrie: De omzet nam zowel in de chemische als in de rubber- en kunststofproductenindustrie toe met resp.  3,5 en 8,8%. Zowel binnen Nederland als op de buitenlandse markt boekten producenten meer omzet. De aardolie- en farmaceutische industrie lieten omzetdalingen zien van resp. 3,9 en 9,8%. In deze deelbranches daalde de omzet vooral in het binnenland. De afzetprijzen daalden alleen in de farmaceutische industrie, waar de daling volledig voor rekening kwam van de buitenlandse markt.  De omzet in de rubber- en kunststofproducten industrie kende met 8,8% in het derde kwartaal de grootste omzettoename in zes jaar. De afzetprijzen zijn met 1,7% gestegen. De afzetprijzen zullen  per saldo 20% van de ondernemers stijgen, voorziet 6% een productiegroei ,  4% een verbetering van het economisch klimaat en 5%  een groei van de personeelssterkte.

Basis- en metaalproductenindustrie: De omzet in de basismetaalindustrie steeg met 17,1% en de afzetprijzen met 10,9%. In de metaalproductenindustrie groeide de omzet met 3,7% en de afzetprijzen met 3,5%. Per saldo 17% van de ondernemers verwacht een stijging van de verkoopprijzen, 16% een toename van de productie, 13% verbetering van het economisch klimaat en 11% een toename van de personeelssterkte.

Elektrotechnische en machine-industrie: De omzet nam met 7% toe,  geheel toe te schrijven aan de machine-industrie (+20,1%). In de elektrotechnische industrie was alleen de omzetontwikkeling op de binnenlandse markt positief (+16,6 %); de buitenlandse omzet nam het 1,7% af. De afzetprijzen daalden met 3,5%, vooral in de elektrische apparatenindustrie (-4,8%) en de machine-industrie (-4,2%).Per saldo  verwacht 33% een toename van de productie verwacht beduidend groter dan drie maanden geleden en dan in het vierde kwartaal van vorig jaar, 20% een toename van de personeelssterkte, 15% een beter economisch klimaat en 8%. een stijging van de verkoopprijzen.

Transportmiddelenindustrie: De omzet steeg met 18,9%. Voor zowel de autoproducenten als de producenten van overige transportmiddelen waren er positieve omzetontwikkelingen binnen Nederland (+ 7,6%) en op de buitenlandse markt (+ 22%).  De afzetprijzen kwamen één procent hoger uit.  In de auto-industrie groeide de omzet met 14,7%. Ook in de overige transportmiddelenindustrie was de omzetontwikkeling positief (+26,8%).  Per saldo verwacht 40% een toename van de productie, 6% een prijsstijging en 17% meer personeel.  Het aantal ondernemers dat een verbetering van het economisch klimaat voorziet, wordt gestaag groter (+ 18%).

Overige industrie

De omzet in de hout- en bouwmaterialenindustrie nam met 4,6% toe. De prijzen lagen 1,5%  hoger dan vorig jaar. In  de papier- en grafische industrie groeide de omzet met 2,9%. Tegen een omzetgroei in de papierindustrie (+ 8,2%) staat een omzetafname 8,6% in de grafische industrie. De meubelindustrie behaalde een omzetdaling van 1,4% en een prijsstijging van 1,8%. De textiel-, kleding- en leerindustrie zette 8,2% meer om dan een jaar eerder, de grootste groei sinds het eerste kwartaal van 2011.). Het buitenlandse groeicijfer was voornamelijk te danken aan de textielbranche, die buiten Nederland een plus van 12% noteerde. De prijzen stegen met 0,8%