EIB: Orderportefeuilles in de grond-,weg- en waterbouw verder gedaald

De orderportefeuilles in de grond-, water- en wegenbouw zijn in de laatste maanden sterk gedaald, zo blijkt uit de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van oktober 2019 van het het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB), die werd uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie. 

De gemiddelde werkvoorraad is sinds juni gedaald van 7,3 naar 6,6 maanden werk. Deze daling komt vooral voor rekening van de grond- en waterbouw. De gemiddelde werkvoorraad voor deze sector daalde in september met vier tiende maand tot 7,9 maanden werk, nadat deze sinds juni al een daling van een halve maand liet zien. De orderportefeuilles bij de wegenbouw lieten over de periode juli-september een totale daling van een tiende maand zien, en lag in september op 5,6 maanden werk. De werkvoorraad in de burgerlijke en utiliteitsbouw kwam in september uit op 11,5 maanden werk, een stijging van een tiende maand sinds juni.

Bij de woningbouwbedrijven zijn de orderportefeuilles ten opzichte van augustus met vier tiende maand gestegen tot 12,4 maanden werk, nadat deze tijdens de zomermaanden met drie tiende maand waren gedaald. De orderportefeuilles van de utiliteitsbouwbedrijven zijn sinds juni met vier tiende maand gedaald naar 10,1 maanden werk. De werkvoorraad in de bouwnijverheid heeft zich na een daling van drie tiende maand in augustus enigszins hersteld. In september steeg de gemiddelde werkvoorraad met een tiende maand naar 9,9 maanden.

PAS en PFAS

Steeds meer bedrijven geven aan dat de situaties rondom de PAS en PFAS zorgen voor stagnatie in onderhanden werk. In de conjunctuurmeting over september geeft ongeveer 10% van de bedrijven aan dat zij vertraging ondervinden door deze problematiek. Bij bedrijven in de grond- en waterbouw ligt dit zelfs rond de 15%. Ook noemen gww-bedrijven een gebrek aan orders als belangrijke oorzaak van stagnatie.

 Problemen in de personeelsvoorziening blijven wel de belangrijkste oorzaak van stagnatie voor de b&u en de gww, maar neemt in belang af. De productie in de afgelopen drie maanden is bij een kwart van de bedrijven toegenomen, terwijl de productie bij bijna 15% van de bedrijven was afgenomen. Ruim een kwart van de bedrijven beoordeelden hun huidige orderpositie als groot, één op de zeven bedrijven beoordeelde de orderpositie juist als klein. Driekwart van de bouwbedrijven verwacht geen veranderingen in het personeelsbestand in de komende drie maanden, terwijl ruim één op de zes bedrijven verwacht personeel aan te nemen. Drie op de tien bouwbedrijven verwacht de prijzen in het komende kwartaal te verhogen.