Dienstenexport 12 procent lager in tweede kwartaal

  

De coronacrisis heeft ook de internationale handel in diensten geraakt. In het tweede kwartaal van 2020 was de dienstenexport 52,8 miljard euro. Dat is 7,4 miljard euro (12%) lager dan in dezelfde periode in 2019. De import van diensten daalde met 17%. Ruim 9 op de 10 dienstenhandelaren zijn zelfstandig mkb’ers, maar multinationals vertegenwoordigen de grootste waarde. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de internationale dienstenhandel en de nieuwste Internationaliseringsmonitor.
In het eerste kwartaal van 2020 waren de dienstenexport en –import nog respectievelijk 3 en 5% hoger dan een jaar eerder. Dit was een veel kleinere stijging dan de afgelopen jaren. De internationale handel in diensten steeg van 2017 tot en met 2019 nog gemiddeld met 13% per jaar.

Grootste terugloop in het reisverkeer
Zowel bij de dienstenimport als de dienstenexport daalde het reisverkeer het sterkst. De bestedingen van buitenlandse reizigers in Nederland waren in het tweede kwartaal van 2020 meer dan 75% lager dan een jaar eerder; de bestedingen van Nederlandse reizigers in het buitenland daalden met circa 90%. Ook de vervoersdiensten ondervinden hinder van met name het verminderd aantal (internationale) reizigers. De export van vervoersdiensten was in het tweede kwartaal circa 18% lager, de invoer nam in diezelfde periode met 14% af. De daling in export bij de andere zakelijke diensten is voornamelijk voor rekening van bedrijven die in reisverkeer bemiddelen.

Meer handel in digitale activiteiten
De coronacrisis had niet op de hele dienstenhandel in het tweede kwartaal een negatieve impact. Er waren ook bedrijven die méér diensten internationaal zijn gaan verhandelen. Een toename van online bestedingen kwam de export van diensten bij betaalbedrijven ten goede. Daarnaast ontvingen Nederlandse bedrijven in het tweede kwartaal van 2020 circa 13% meer voor het gebruik van intellectueel eigendom, wat neerkomt op bijna 2 miljard euro.  

De distributie van audiovisuele producten zoals streamingdiensten van films, series en muziek is daar grotendeels verantwoordelijk voor. Ook de bedrijven die deze digitale activiteiten ondersteunen hebben hun in- en uitvoer zien toenemen. Zo was er tijdens de coronacrisis meer vraag naar computersoftware en -spellen, de uitvoer van gebruikslicenties was 20% hoger in het tweede kwartaal van 2020 dan een jaar eerder.
Ook de uitvoer van telecommunicatiediensten nam toe, met 15%. De daling van de handel in overige informatiediensten doet de groei van de computer- en telecommunicatiediensten echter teniet binnen deze dienstensoort. Hierbij speelt de afname in het reisverkeer ook weer een rol, aangezien de bemiddelingswebsites (platforms) hun diensten via databases leveren.

Dienstenhandelaren zijn voornamelijk zelfstandig mkb’ers
In de nieuwe Internationaliseringsmonitor, waarin de internationale dienstenhandel centraal staat, worden de kenmerken van de dienstenhandelaren besproken. In 2018 vormde het zelfstandig mkb met ruim 93% het overgrote deel van de internationale dienstenhandelaren. Daarvan is 74% alleen een dienstenimporteur; dit zijn veelal kleine bedrijven. Bedrijven kunnen tegenwoordig gemakkelijk in het buitenland terecht voor diensten zoals adverteren op internet, licenties, het hosten van een website of het abonneren op een online boekhouddienst. Slechts 6% van de internationale dienstenhandelaren was multinational.

Hoewel de groep zelfstandig mkb-dienstenhandelaren relatief groot is, draagt deze groep slechts in beperkte mate bij aan de waarde van de totale dienstenexport en -import. De multinationals exporteerden in 2018 bijna 90% van de totale exportwaarde van de dienstenhandelaren in het Nederlandse bedrijfsleven en importeerden 92% van de totale importwaarde. Bij zowel zelfstandig mkb’ers als multinationals wordt de meeste import en export gerealiseerd door bedrijven die zowel in goederen als in diensten handelen.