CED Brandschadedossier: meer te verzekeren objecten, minder premie

De brandverzekeringsmarkt in ons land, goed voor een premievolume van meer dan 3 miljard euro, kenmerkt zich door een toename van het aantal te verzekeren projecten (vooral woningen), dalende premie-inkomsten en marges, mede door een groeiende schadelast. In vergelijking met 2010 waren verzekeraars in 2014 van elke verdiende euro aan premie 10% meer kwijt aan schade en kosten. Dat is een van de uitkomsten van het ‘ Dossier Brandschade’ dat de CED Group recent heeft gepubliceerd in haar eigen FWD Magazine.  Hierin wordt de brandverzekeringsmarkt, na motorrijtuigen de grootste schadeverzekeringsbranche, cijfermatig in kaart gebracht en worden de belangrijkste trends en ontwikkelingen belicht.

Volgens het brandschadedossier telt ons land 7,6 miljoen woningen en 1,13 miljoen zakelijke objecten. De brandverzekeringsmarkt  is goed voor 3,15 miljard euro aan premie, waarvan iets minder dan 60% (1,85 miljard euro)afkomstig is uit woningen. De zakelijke verzekeringsmarkt, die qua objecten iets meer dan een achtste van het totaal uitmaakt, genereert met 1,3 miljard euro maar liefst 41,3% van de totale premieomzet uit brandverzekeringen. Volgens CED groeit de woningvoorraad al jaren- in vier jaar tijd met 251.000 tot ruim 7,638 miljoen in 2016, een stijging met 3,4%. In die periode is het aandeel koopwoningen gestegen van 55,3% naar 56,5%, hetgeen impliceert dat er meer markt is voor particuliere opstalverzekeringen. Daarnaast neemt dit jaar het aantal op te leveren nieuwbouwwoningen naar verwachting met 15% toe. De zakelijke vastgoedmarkt laar een meer divers beeld zien.  Er komen vooral meer gebouwen voor logies bij (7,9%) en in mindere mate voor congres- en andere bijeenkomsten (+ 1,2%), gezondheidzorg (1,1%), industrie (+ 0,9%), sport (+ 0,4%) en kantoren(+ 0,5%) , al staat momenteel 17% van de beschikbare kantoorruimte leeg. De hoeveelheid winkelruimte (min 0,1%) en het aantal onderwijsgebouwen (min 1,6%) krimpt daarentegen.

 

Schadetrends

In 2012 waren verzekeraars 1,81 miljard euro kwijt aan schadepenningen, inclusief de in- en externe schadebehandelingskosten. Twee jaar later was dat bedrag met 10% opgelopen tot 2 miljard euro. Sinds 2012 vertonen de totale premie-inkomsten een dalende lijn. Waar de premieomzet uit opstalverzekeringen sinds 2012 vrijwel gelijk blijft, daalt die uit particuliere  inboedelverzekeringen  al vier jaar gestaag op rij  en  gaan in de brandbedrijfssector de premies na twee jaar van forse daling sinds 2014 weer licht omhoog. In haar brandschadedossier noemt CED vijf manieren om de schaderatio te verbeteren: verlaging van de kosten voor het schadeherstel, het accurater vaststellen van tarieven, betere preventie, efficiëntere bedrijfsvoering en vermindering van de schadebehandelings- en expertisekosten.

Tegenover een toename van het aantal woningbranden – van 101.000 in 2014 naar 116.000 in 2015 (+ 1,9%) –  staat een verlaging van de gemiddelde schadelast van 4.126 euro naar 2.269 euro (min 5%) , waarmee deze is gedaald naar het laagste niveau in de afgelopen zes jaar.  De zakelijke markt laat daarentegen het tegenovergestelde beeld zien. Het aantal branden is sinds 2010 sterk afgenomen (met 28%) van 24,1 naar 17,2 per 1.000 bedrijven, maar daar staat tegenover dat de gemiddelde schadelast sterk is gestegen: met bijna 20% van 14.400 euro naar 17.240 euro. Dit kan onder meer worden toegeschreven aan het hoge aantal miljoenenbranden, die met 129 stuks 2014 een half procent van alle schades uitmaken. Brand is verreweg de meest voorkomende schadeoorzaak op de brandpolis: 86% van alle schades, gevolgd door schroeien (8%), explosie (4%), kortsluiting (2%) en rook /roet (1%). CED noemt het opvallend dat hoewel schroeischade in het particuliere segment veel voorkomt, dit in aantallen sinds 210 bijna is gehalveerd.