Bbp groeit met 0,5 procent in eerste kwartaal

BVolgens de eerste berekening van het CBS, op basis van nu beschikbare gegevens, is het bruto binnenlands product (bbp) in het eerste kwartaal van 2019 met 0,5% gegroeid ten opzichte van een kwartaal eerder. Dat is gelijk aan de stijging in het voorgaande kwartaal. De groei in het eerste kwartaal van 2019 is vooral te danken aan de investeringen in vaste activa. De bijdrage van het handelssaldo was negatief.

De investeringen in vaste activa lagen 4,5% hoger dan een jaar eerder. Dat is nagenoeg dezelfde groei als in het vierde kwartaal van 2018. In het eerste kwartaal van 2019 zijn vooral de investeringen in woningen, gebouwen, infrastructuur en machines gegroeid.

De groei van de investeringen gaat onder meer samen met een relatief hoge bezettingsgraad van de machines en installaties in de industrie. Die was bij aanvang van het tweede kwartaal van 2019 hoger dan gemiddeld in 2018. Het vertrouwen van de industriële ondernemers was in het eerste kwartaal van 2019 weliswaar lager dan een jaar eerder, maar ligt nog een stuk boven het gemiddelde van de afgelopen twintig jaar.

Meer besteed door consumenten

Consumenten besteden al twintig kwartalen op rij meer dan een jaar eerder. Ze hebben in het eerste kwartaal 0,7% meer besteed dan in het eerste kwartaal van 2018. De groei is wel minder dan in het vorige kwartaal, toen consumenten ruim 2 procent meer besteedden. In het eerste kwartaal gaven ze onder andere meer uit aan woninginrichting, elektrische apparaten en diensten. Daarentegen hebben ze minder besteed aan auto’s. Ook hebben consumenten minder gas verbruikt. Dat gaat samen met een zacht en zonnig eerste kwartaal van 2019.

De consumptiegroei is in lijn met het aantrekken van de werkgelegenheid en de daling van de werkloosheid. Het consumentenvertrouwen is echter sinds februari 2019 licht negatief en ligt ongeveer op het langjarig gemiddelde.

Vooral meer machines uitgevoerd

De uitvoer van goederen en diensten groeide in het eerste kwartaal van 2019 met 1,1%. Dat is de laagste groei in drie jaar tijd. Nederlandse bedrijven hebben in het eerste kwartaal vooral meer machines en apparaten uitgevoerd. De wederuitvoer (de uitvoer van eerder ingevoerde producten) groeide, terwijl de export van Nederlands product kromp.

De invoer van goederen en diensten groeide met 1,6% sterker dan de uitvoer. Het saldo van in- en uitvoer droeg net als in het eerste kwartaal van 2018 negatief bij aan de economische groei. De groei van de import en de export in het eerste kwartaal van 2019 wordt gedrukt door een bedrijf dat een deel van zijn activiteiten heeft verplaatst naar een ander land. Op het handelssaldo heeft dit geen effect.

Bouw en zakelijke dienstverlening sterkst gegroeid

De productie van de bouwbedrijven groeide, met 8,7%, in het eerste kwartaal het hardst. De groei wordt breed gedragen binnen de bouwnijverheid. Daarna volgde de zakelijke dienstverlening met een groei van 3,6%. De groei van de zakelijke dienstverlening was lager dan in de voorgaande kwartalen. Dat is ook terug te zien in de banencijfers die CBS vandaag publiceert: het aantal banen in de zakelijke dienstverlening, waaronder de uitzendbranche, nam ook wat minder hard toe. 

Ook de industrie produceerde meer dan een jaar eerder, maar ook hier was de groei minder dan in voorgaande kwartalen. De delfstoffenwinning was opnieuw de bedrijfstak met de grootste krimp, maar de krimp was wel veel lager dan in voorgaande kwartalen.