Vertrouwen producenten industrie neemt iets af

Het vertrouwen van producenten in de industrie is in november iets afgenomen. Dat is volgens het CBS vooral toe te schrijven aan een minder positief oordeel over de verwachte bedrijvigheid. Het producentenvertrouwen daalde van 4,3 in oktober naar 3,4 in november en bewandelt daarmee de omgekeerde weg van de vorige maand. Toch hebben sinds oktober 2014 positief gestemde ondernemers de overhand. Het vertrouwen van de industriële producenten ligt ruim boven het gemiddelde van de afgelopen twintig jaar (0,6). Het vertrouwen van de ondernemers bereikte in januari 2008 de hoogste waarde (9,4) en ruim een jaar later de laagste waarde (-23,5). Producenten in de industrie waren in november minder positief over de productie in de komende drie maanden dan in oktober. Ook waren zij iets minder positief over hun orderportefeuille. Het oordeel over de voorraden gereed product daarentegen verbeterde sterk.

Alle drie deelindicatoren van het producentenvertrouwen zijn in november echter positief. Zo zijn er meer ondernemers die verwachten dat hun productie de komende drie maanden zal toenemen dan ondernemers die een afname van de productie voorzien. Verder heeft het aantal ondernemers dat de orderpositie groot vindt de overhand op het aantal ondernemers dat de orderportefeuille klein acht, gelet op de tijd van het jaar. Het aantal ondernemers dat hun voorraad eindproduct als te klein beschouwt is groter dan het aantal dat de voorraden te groot vindt. Producenten in de hout- en bouwmaterialen industrie zijn het meest positief, gevolgd door de ondernemers in de textiel- en kledingindustrie. In deze beide branches is het vertrouwen ook het meest toegenomen. Daarentegen is in de papier- en grafische industrie het vertrouwen het meest afgenomen. Vooral het oordeel over de verwachte bedrijvigheid verslechterde daar.