Het aantal gevallen van kilometertellerfraude met geïmporteerde voertuigen is in België fors gedaald sinds het land informatie uitwisselt met de Nederlandse RDW. Dat meldt Car-Pass, de instantie die in België kilometerstanden bijhoudt.

Fraude met importwagens uit Nederland was in België lange tijd lastig aan te pakken. Zo bleek in 2015 dat er was geknoeid met de tellers van 20 procent van de uit Nederland ingevoerde auto’s. België en Nederland besloten daarom vorig jaar kilometerstanden uit te wisselen uit de centrale databanken van Car-Pass en de RDW. Dat bleek effect te hebben. Het aantal fraudegevallen met geïmporteerde wagens liep in België in enkele maanden tijd met twee derde terug, meldt Car-Pass.

Kilometertellerfraude is binnen België een marginaal verschijnsel geworden sinds de invoering van de verplichte Car-Pass in 2006. Op dat document worden de kilometerstanden van voertuigen bijgehouden. In 2010 verscheen er een onderzoek, waaruit bleek dat de tellerfraude bij onze zuiderburen bijna was verdwenen en dat fraude enkel nog voorkomt door import van auto’s uit omringende landen.
In Nederland wordt ook al vele jaren aan het terugdringen van kilometerfraude gewerkt. RDW-erkende autobedrijven zijn sinds 2014 verplicht bij reparaties van meer dan 150 euro de kilometerstand door te geven aan de RDW. Er zijn echter nog steeds veel garages die niet RDW-erkend zijn en dus geen verplichting hebben tot het doorgeven van de meterstand. Daarom treft tellerfraude in Nederland nog steeds ongeveer 2 procent van het wagenpark. In België is dat minder van 0,2 procent.

Minister Schulz pleitte in januari in de Tweede Kamer nog voor een keurmerk op de garagebedrijven die kilometerstanden doorgeven aan de RDW

Bron Automotive