SWOV: Volledig zelfstandige auto laat nog jaren op zich wachten

Het duurt mogelijk nog tientallen jaren voordat auto’s in alle omstandigheden volledig automatisch rijden. Dat blijkt uit de publicatie Veiligonderwegmetdeauto.nl van Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) in samenwerking met RAI Vereniging. “De introductie van volledig zelfrijdende auto’s is gecompliceerd door onder meer onvoorspelbaar menselijk gedrag. Dat vraagt meer ontwikkelingstijd en ruimte om veilig te testen” verklaren beide organisaties.

De tech- en automotivesectoren zijn volop bezig met het ontwikkelen van zelfstandig rijdende auto’s. Volgens RAI Vereniging en SWOV kan de volledig zelfstandig rijdende auto een belangrijke bijdrage leveren aan het terugdringen van het aantal verkeersslachtoffers. Afgelopen jaren heeft de auto-industrie steeds meer rijtaakondersteunende systemen geïntroduceerd die de kans op ongevallen terugdringen en een opmaat zijn naar autonoom rijden. Op basis van berichtgeving van de techbedrijven lijkt het nu slechts een kwestie van tijd voordat de eerste volledig zelfrijdende auto voor de consument beschikbaar is.

RAI Vereniging-voorzitter Steven van Eijck; “De auto-industrie ziet de toekomst ook positief tegemoet, maar is ondanks haar vooruitgang meer behoudend in haar voorspelling. Het duurt mogelijk nog tientallen jaren voordat auto’s in alle omstandigheden volledig zelfstandig kunnen rijden.” Uit de publicatie van SWOV en RAI Vereniging blijkt dat vooral de complexiteit van menselijk gedrag de overgang naar volledige autonomie bemoeilijkt.

Zes stappen
De overgang naar volledig zelfstandig rijdende auto’s is opgedeeld in zes fasen: van geen automatisering naar volledige geautomatiseerde auto’s. “De complexiteit zit vooral in de derde fase”, aldus SWOV directeur Peter van der Knaap. “Hierbij rijdt de auto (deels) zelfstandig maar moet de bestuurder ook alert blijven en eventueel zelf ingrijpen. Dit vraagt andere rijvaardigheden dan normaal en kan voor gevaarlijke situaties zorgen. Recente ongevallen met zelfstandig rijdende auto’s die zich in fase 3 bevinden, bevestigen deze conclusie.” Experts adviseren dan ook om nieuwe hard- en software langer in een veilige omgeving door te ontwikkelen voordat deze systemen direct op de weg worden getest.
Van der Knaap wijst er ook op dat in de verschillende overgangs- en ontwikkelingsfasen naar volledig geautomatiseerde auto’s, nieuwe uitdagingen ontstaan. “Denk aan de interactie met het ‘traditionele verkeer’ en de huidige infrastructuur, privacy, wetgeving, cyber security en beperkingen van het systeem onder bepaalde (weers)condities.” De politieke wil en mate van maatschappelijke acceptatie van zelfstandig rijdende auto’s wordt beïnvloed door deze factoren en maakt het transitiepad lang en onvoorspelbaar.

Onvoorspelbaar ≠ onveiliger
“‘Onvoorspelbaar’ hoeft echter niet ‘onveiliger’ te betekenen”, aldus Van Eijck. Het valt te verwachten dat komende jaren tal van nieuwe geavanceerde deelsystemen worden ontwikkeld die de bestuurder ondersteunen en de veiligheid van autorijden verder verhogen. Volgens Van Eijck moeten ‘we’ de potentie van deze systemen maximaal benutten en de aanschaf aantrekkelijker maken voor de consument. Dat kan door de BPM op een nieuwe auto met een vast bedrag per veiligheidsvoorziening te verlagen. Dit is niet alleen goed voor de veiligheid op de weg, maar ook leren automobilisten hoe ze met dit soort systemen moeten rijden waarmee de overgang naar autonoom rijden wordt bevorderd. De verre stip aan de horizon is volgens SWOV en RAI Vereniging een volledig zelfstandig rijdende auto, maar in welke situaties en hoe snel dit gaat gebeuren, blijft onzeker.

Op de foto de toenmalige minister van ‘Verkeer’ Melanie Schultz Van Haegen

Foto Rijksoverheid