Bbp groeit met 0,5 procent in eerste kwartaal 2019

 Volgens de tweede berekening van het CBS is het bruto binnenlands product (bbp) in het eerste kwartaal van 2019 met 0,5% gegroeid ten opzichte van het vierde kwartaal van 2018. De tweede berekening van het bbp wordt ongeveer 90 dagen na afloop van het kwartaal gepubliceerd.

Het groeicijfer is gelijk aan dat van de eerste berekening, die is gepubliceerd op 14 mei. Het economisch beeld is niet veranderd. De groei is vooral te danken aan de investeringen in vaste activa. De bijdrage van het handelssaldo was negatief.

De tweede berekening wordt 90 dagen na afloop van het kwartaal gemaakt. De eerste berekening, 45 dagen na afloop van een kwartaal, is op basis van de dan beschikbare informatie. Na deze eerste berekening komt voortdurend meer informatie beschikbaar over de Nederlandse economie, zoals van de bouw, de zakelijke dienstverlening, de horeca, de overheid, de zorg en de financiële instellingen die vervolgens wordt verwerkt in nieuwe berekeningen.De absolute bijstelling van de tweede berekening ten opzichte van de eerste was de afgelopen vijf jaar gemiddeld 0,1 procentpunt. De twee uiterste bijstellingen bedroegen -0,1 en +0,3 procentpunt.

Bijstelling groei in voorgaande kwartalen

Bij elke nieuwe berekening van het bbp bepaalt het CBS ook opnieuw de seizoengecorrigeerde reeks van de eerder gepubliceerde kwartalen. De kwartaal-op-kwartaalgroei in het derde kwartaal van 2018 is van 0,1 naar 0,2% bijgesteld. De overige kwartalen van 2018 zijn niet aangepast.Ten opzichte van een jaar eerder groeide de economie in het eerste kwartaal met 1,7%. Volgens de eerste berekening was dat ook 1,7%.

Met de publicatie van de tweede berekening van het eerste kwartaal van 2019 worden ook herziene jaarcijfers van 2017 (definitief) en 2018 (voorlopig) gepubliceerd. Op basis van nieuw beschikbaar gekomen informatie is de economische groei in 2018 aangepast van 2,7 naar 2,6%. De economische groei in 2017 is niet aangepast en definitief vastgesteld op 2,9%.

Aantal banen groeit met 56.000

Volgens de tweede berekening steeg het aantal banen van werknemers en zelfstandigen in het eerste kwartaal met 56.000 ten opzichte van het vierde kwartaal van 2018. De eerste berekening kwam uit op een stijging van 53.000 banen.Ten opzichte van het eerste kwartaal van 2018 waren er in het eerste kwartaal van 2019 volgens de tweede berekening 226.000 banen van werknemers en zelfstandigen meer. Dat was bij de eerste berekening 230.000.