Weer meer snorfietsen, minder bromfietsen

Begin 2019 telde Nederland ruim 1,2 miljoen brom- en snorfietsen. Dit is 1,6% meer dan in 2018. De snorfiets is populairder dan de bromfiets, met bijna 750.000 geregistreerde exemplaren tegen 457.000 geregistreerde bromfietsen. Het aantal snorfietsen was in januari 2019 vier procent hoger dan een jaar eerder, het aantal bromfietsen was bijna twee procent lager. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.

Tot 2012 waren er meer bromfietsen dan snorfietsen in Nederland. Sinds dat jaar is het aantal bromfietsen elk jaar gedaald, terwijl het aantal snorfietsen jaarlijks toenam. Vergeleken met 2009 is het aantal snorfietsen begin 2019 bijna verdubbeld en is het aantal bromfietsen bijna twee procent lager. 
■ Snorfiets: 560,427 duizend
■ Bromfiets: 499,050 duizend

Het aantal nieuw verkochte brom- en snorfietsen was in 2018 met 58.000 exemplaren bijna 22% lager dan in 2017. Het aantal nieuw verkochte snorfietsen was een kwart lager, het aantal bromfietsen was 12,5% lager. Van alle nieuw verkochte snorfietsen was in 2018 12% elektrisch, van de bromfietsen was 18% elektrisch. Van alle snorfietsen die in Nederland geregistreerd staan was begin 2019 iets meer dan 5% elektrisch, van de bromfietsen was dit 1,4%.

Milieuzone brom- en snorfietsen Amsterdam

Begin 2019 was het aantal brom- en snorfietsen op benzine met 1% gegroeid vergeleken met een jaar eerder, terwijl het aantal elektrische brom- en snorfietsen met 17% steeg. Er waren ruim 1,1 miljoen benzine- en 45.000 elektrische brom- en snorfietsen in Nederland.

I n Amsterdam daalde het aantal brom- en snorfietsen op benzine in 2018 met 9%, terwijl het aantal elektrische brommers met bijna 45% steeg. Sinds 1 januari 2018 geldt een milieuzone voor brom- en snorfietsen in Amsterdam. Brommers met een bouwjaar vóór 2010 mogen niet meer in de bebouwde kom rijden. Begin 2019 stonden er 50.000 brom- en snorfietsen op benzine geregistreerd in Amsterdam en iets minder dan 3.000 elektrische brom- en snorfietsen.


Bromfietsbezit jongeren in tien jaar meer dan gehalveerd

Slechts 2,5% van alle brom- en snorfietsen in Nederland stond op naam van een bedrijf, de rest is in het bezit van natuurlijke personen. De 50- tot 60-jarigen bezitten de meeste brom- en snorfietsen, 115 per duizend 50- tot 60-jarigen. Jongeren van 16 tot 20 jaar bezitten de minste brom- en snorfietsen; 44 per duizend. Tien jaar geleden was deze leeftijdscategorie juist de groep met het hoogste brom- en snorfietsbezit, namelijk 97 per duizend.


Vooral het bromfietsbezit in de jongste leeftijdscategorie is lager. Begin 2009 hadden 16- tot 20-jarigen nog 78 bromfietsen per duizend inwoners, tien jaar later zijn dat er nog maar 21. Het aantal snorfietsen in deze groep was in 2019 iets hoger dan tien jaar eerder, respectievelijk 23 en 20 snorfietsen per 1000 inwoners. De grootste verandering is te zien bij snorfietsen in het bezit van 20- tot 30-jarigen. Deze groep bezat begin 2019 bijna drie keer zoveel snorfietsen als tien jaar geleden, 58 tegen 20 per 1000 inwoners in 2009.


In Katwijk komen relatief de meeste snorfietsen voor, 118 per duizend inwoners. De andere gemeenten in de top 5 met de meeste snorfietsen zijn Zandvoort, Urk, Ameland en Texel met respectievelijk 113, 108, 107 en 99 snorfietsen per duizend inwoners. In Vaals komen de minste snorfietsen voor, 21 per duizend inwoners.
De meeste bromfietsen, 84 per duizend inwoners, rijden op Terschelling. Ook op Texel (79) en Vlieland (75) komen deze motorvoertuigen naar verhouding veel voor. Rozendaal is de gemeente met de minste bromfietsen per duizend inwoners, namelijk 12.