KPMG: “Banken moeten leren leven met lage winstgevendheid”

Europese banken zullen moeten leren leven met de huidige lage winstgevendheid. De lage rentestand, de omvang van de “slechte” leningen en de groeiende kosten van regelgeving verhinderen dat de banken op de korte en lange termijn winstgevender kunnen worden. Uit een analyse van KPMG van de banken in Europa blijkt dat het gemiddelde rendement op het eigen vermogen van een doorsneebank op dit moment zo’n 3% bedraagt en 5% voor de grote banken. Dit is ruim minder dan de gemiddelde kapitaalkosten die een bank kent. Deze variëren in het algemeen van 10 tot 12%. “Dat rendement zal op korte termijn niet verbeteren”, zegt Ferdinand Veenman, partner bij KPMG en segmentleider Banking. Veenman: “De nieuwe kapitaalregels als gevolg van Basel 4 en de eisen van MREL zullen het voor de banken alleen maar moeilijker maken om winstgevender te worden. Hoewel deze regels de banken veerkrachtiger zullen maken, heeft Basel 4 bijvoorbeeld tot gevolg dat de totale financieringskosten van de banken met bijna 0,5% zullen toenemen.”

Lage rente serieus probleem

Uit de analyse van KPMG blijkt dat banken die hun rendement willen verhogen een aantal ingrijpende en lastige stappen zouden moeten nemen. Te denken valt daarbij aan het verbeteren van de net interest marge, het reduceren van het aantal slechte leningen op de balans en het verlagen van de kosten of en waarschijnlijk een combinatie van deze maatregelen. De huidige lage rentestand vormt volgens Veenman voor de banken een serieus probleem. Veenman: “Het beperkt de mate waarin banken hun groei kunnen financieren en maakt het lastiger en duurder om meer eigen en vreemd vermogen te realiseren. Bovendien komt hierdoor het moment eerder in zicht waarop de banken kapitaal in plaats van inkomsten moeten inzetten om verliezen goed te maken. En het beperkt de mogelijkheden die banken hebben om hun herstelplannen gestalte te geven. En natuurlijk werpt de huidige situatie op de middellange termijn vraagtekens op over de levensvatbaarheid en de duurzaamheid van banken. Maar nog veel belangrijker, de lage winstgevendheid beperkt het vermogen van de banken om bij te dragen aan de financiering van de economie in het algemeen. Hierdoor herstelt de economie onvoldoende en neemt de druk op zowel de winstgevendheid en de bezittingen van de bank toe. Europa heeft sinds het uitbreken van de financiële crisis te maken met deze neerwaartse spiraal. Dit komt vooral tot uitdrukking in het feit dat de bancaire kredietverlening op een laag pitje staat, dat de economische groei beperkt of negatief is en dat Europese banken kampen met grote aantallen niet-renderende leningen. Dit laatste geldt overigens in veel mindere mate voor Nederland.”

Slimme technologie

Veenman constateert dat succesvolle banken hun balans herstructureren om de gevolgen van nieuwe regelgeving te beperken. Veenman: “Daarnaast zullen zij het gat tussen kosten en inkomsten willen verkleinen door een slimme inzet van de technologie. Hoewel investeringen in de technologie op de korte termijn ten koste zullen gaan van de gewenste hogere winstgevendheid, is de stroomlijning van alle backoffice processen en de inzet van digitale distributiekanalen essentieel om op de lange termijn kosten te kunnen besparen en te kunnen overleven. In de toekomst zal het realiseren van meer winstgevendheid zeker geen utopie zijn, maar het wordt wel een weg van een hele lange adem.”