Schadeverzekeraars relatief goed bestand tegen stress

Foto Copyright DNB

De Nederlandse schadeverzekeraars weten zich relatief goed staande te houden tijdens natuurrampscenario’s. Dit is enerzijds het gevolg van de goede uitgangssituatie, waarbij de kapitaalpositie in veel gevallen ruim boven de interne solvabiliteitsnorm ligt, en anderzijds het gevolg van de door de verzekeraars ingekochte herverzekeringsdekkingen. Dat concludeert De Nederlandsche Bank (DNB) op basis van de dit jaar verrichte onderzoek ‘Stresstest Schade’.

Volgens DNB hebben vooral de scenario’s die afwijken van de Solvency II-standaardformule impact op de solvabiliteitspositie van schadeverzekeraars. In deze scenario’s heeft de herverzekering namelijk een beperkter risicomitigerend effect. “Verzekeraars houden bij de inkoop van hun herverzekeringsprogramma rekening met de uitkomsten van de standaardformule en met andere modellen. Maar in een aantal gevallen blijft de ingekochte dekking achter bij de uitkomsten van deze meer gespecialiseerde modellen.”

Omdat klimaatverandering kan leiden tot andere of meer extreme vormen van catastroferisico roept DNB verzekeraars op om in hun risicomanagement rekening te houden met van de Solvency II-standaardformule afwijkende scenario’s, bijvoorbeeld door deze in de ORSA (Own Risk and SolvencyAssessment) op te nemen. De ORSA geeft de verzekeraar en haar stakeholders inzicht in de samenhang tussen strategie, de materiële risico’s die de verzekeraar kunnen bedreigen, de mogelijke consequenties hiervan voor de financiële positie en wat de verzekeraar kan doen om risico’s af te wenden of te beperken.

Verder blijkt uit de stresstest dat het hanteren van korte contractgrenzen bij arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (AOV) een erg grote positieve impact heeft. “We zien graag een externe juridische beoordeling van de hantering van een korte contractgrens bij AOV binnen Solvency II”, aldus DNB, die in de komende periode de betrokken instellingen informeert over de specifieke bevindingen. Een aantal bevindingen geeft aanleiding voor aanvullend onderzoek en informeert tijdig de verzekeraars die in dit vervolgonderzoek worden betrokken.