Demissionair Minister Blok: Wettelijke verankering gedragsnormen bij afwikkeling letselschade heeft geen meerwaarde

Demissionair minister Blok (Veiligheid en Justitie) ziet geen meerwaarde in het wettelijk verankeren van gedragsnormen bij de afwikkeling van letselschade. Dat antwoordde hij op Kamervragen van het SP-kamerlid Van Nispen, die reageerde op een uitzending van 1Vandaag over de (vermeende) verharding in de afwikkeling van letselschades. Hoewel de gedragscode volgens de bewindsman de blijvende aandacht heeft van de Letselschaderaad en de daarin vertegenwoordigde partijen, onder meer in de aangeboden BL-opleidingen en -trainingen, zal hij het onderzoek van 1Vandaag onder de aandacht breng bij de Letselschaderaad.

Blok noemt een oplossing die door partijen zelf overeen wordt gekomen een oplossing die op het meeste draagvlak kan rekenen. Het voorkomt een mogelijk lange gerechtelijke procedure en de daarmee gemoeide kosten. “Dat de letselschadepraktijk in staat is gebleken om de afwikkeling van letselschade zelf te reguleren met een gedragscode, juich ik dan ook toe. Uit het jaarverslag 2016 van de Letselschaderaad blijkt het algehele beeld dat slachtoffers tijdig worden geïnformeerd, en persoonlijk en respectvol worden bejegend. Uit tweejaarlijks onderzoek dat in opdracht van verzekeraars wordt uitgevoerd blijkt dat 91% van de schades binnen de door de gedragscode voorgeschreven twee jaar wordt afgewikkeld. Gelet op het vorenstaande, waaronder de verklaring waarom in een minderheid van de gevallen een heldere uitkomst helaas niet op relatief korte termijn kan worden gerealiseerd, zie ik geen meerwaarde in het wettelijk verankeren van gedragsnormen bij de afwikkeling van letselschade.”

Traineren

Wat is uw reactie op het bericht dat verzekeraars steeds meer letselschadeclaims afwijzen en afwikkeling van dossiers traineren?’, luidde een van de vragen van Van Nispen. Blok: “Als iemand slachtoffer wordt van een ongeval en hierbij letselschade oploopt, is dat een ingrijpende gebeurtenis. Ook de opvolgende afwikkeling van de schade kan ingrijpend zijn. Dat is zeker bij zware letsels het geval. Het is van groot belang om te voorkomen dat het slachtoffer niet nog een keer slachtoffer wordt, als gevolg van de afwikkeling van de schade. Als de afwikkeling van letselschadeclaims wordt getraineerd, is dit in strijd met de gedragscode en meer in het algemeen met het ethische uitgangspunt dat menselijk moet worden omgegaan met slachtoffers.”

Blok wijst in dit verband op het bestaan van de Gedragscode Behandeling Letselschade (GBL) die allerlei gedragsregels omvat voor hoe verzekeraar en belangenbehartigers met het slachtoffer moeten omgaan. “Uit het jaarverslag blijkt verder dat het algehele beeld is dat de partijen in de geest van de gedragscode werken: slachtoffers worden tijdig worden geïnformeerd, en persoonlijk en respectvol bejegend. Daarnaast blijkt uit een diepteanalyse over de naleving van de gedragscode (november 2016) dat 91% van de schades binnen twee jaar wordt afgewikkeld. Een onafhankelijk instituut verricht deze analyse sinds 2010 in opdracht van het Verbond van Verzekeraars en het Personenschade Instituut van Verzekeraars.

Uit dit onderzoek blijkt ook dat discussies over aansprakelijkheid in 5% van de gevallen de reden is voor een langere afwikkeling dan twee jaar. Dat de afronding in andere gevallen lang duurt, heeft veelal te maken met het bepalen van de omvang van de schade. Het gaat dan om moeilijk vast te stellen schades, bijvoorbeeld schade bij jonge kinderen of hersenletsel. In die gevallen kan het beter zijn voor het slachtoffer om de zaak niet snel af te ronden, omdat de schade uiteindelijk anders blijkt te zijn.”

 

Blok weerlegt dan ook de stelling van Van Nispen dat de GBL een tandeloze tijger is. “Naleving van de gedragscode is op meerdere manieren geborgd. Verzekeraars zijn via hun lidmaatschap van het Verbond van Verzekeraars verplicht de gedragscode na te leven. Doet een verzekeraar dit niet, dan zijn er verschillende maatregelen mogelijk. Blijkt bijvoorbeeld uit de self assessments of bezoekaudits van de Letselschaderaad dat een verzekeraar zich niet aan de gedragscode houdt, dan wordt zij geschrapt uit het Register Letselschade. Daarnaast is er het KIFID waar verzekerden terecht kunnen. Ook hebben ‘KIFID en de Letselschaderaad de mogelijkheid om een klacht door te verwijzen naar de Tuchtraad Financiële Dienstverlening.” “Ten slotte is er volgens hem ook sprake van een sterke sociale controle en een inbedding van de gedragscode in de cultuur van de letselschadepraktijk. “Als slachtoffers of belangenbehartigers de Letselschaderaad informeren over een schadeafwikkeling die niet goed verloopt, neemt de raad contact op met de betreffende verzekeraar. Van de raad begrijp ik dat dit er veelal toe leidt dat de afwikkeling wordt vlot getrokken.”