In 2017 maakten 1.917 mensen een einde aan hun leven, 23 meer dan in 2016. Het aantal zelfdodingen onder mensen van 10 tot 20 jaar nam toe van 48 in 2016 tot 81 in 2017. Binnen deze groep betreft het voornamelijk oudere tieners. Onder personen ouder dan 60 jaar is het aantal zelfdodingen juist afgenomen. Ruim vier op de tien zelfdodingen vinden plaats bij mensen van 40 tot 60 jaar. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.
De meeste zelfdodingen vonden plaats bij 50- tot 60-jarigen: 472 tegen 447 een jaar eerder, gevolgd door 40- tot 50-jarigen (357/337) en 60- tot 70-jarigen (326/337). Daarnaast kwamen vorig jaar 205 (240) 30- tot 40-jarigen door zelfdoding om het leven, 195 (175) 20- tot 30-jarigen, 169 (186) 70- tot 80-jarigen en 112 (124) 80-plussers. De minste zelfdodingen worden gepleegd door jongeren (10- tot 20-jarigen): 81 (48), al is de toename procentueel met 68,8% het hoogst.
Er overlijden relatief weinig mensen van 10 tot 30 jaar. In 2017 betrof dit 0,7% van het totale aantal overledenen. Als zij sterven, komt dit in ruim een kwart van de gevallen door zelfdoding. In deze leeftijdsgroep komt dat vaker voor dan overlijden aan kanker (15%), door verkeersongevallen op de weg (10%) of aan hart- en vaatziekten (5%). Bij mensen van 30 tot 60 jaar is zelfdoding, na kanker en hart- en vaatziekten, de meest voorkomende doodsoorzaak. Vanaf 60 jaar krijgen de natuurlijke doodsoorzaken de overhand en neemt de sterfte door zelfdoding steeds verder af.
In de EU komen per miljoen inwoners gemiddeld 50 mensen in het verkeer om het leven. Dertien landen scoren beter dan gemiddeld. In Noorwegen is dat aantal het laagst (20,3(, gevolgd door zweden (25,3(, het Verenigd Koninkrijk (27,1), Zwitserland (27,3) en Denemarken (31,8&0. Nederland komt met 35,9 doden per miljoen inwoners op de 7e plaats. Relatief de meeste verkeersdoden doen zich voor in Roemenië (99,3), Roemenië (96), Servië (82,2), Kroatië (79,7) en Letland (69,7).
