Verkeersgewonden die in het ziekenhuis overlijden: vooral hoofdletsel

Hoofdletsel is het meest voorkomende letsel bij verkeersdoden die in het ziekenhuis overlijden; meer dan de helft van de in het ziekenhuis overleden verkeersdoden had traumatisch hersenletsel als hoofddiagnose. Ook verwondingen aan borstkas, wervelkolom en heup komen relatief vaak voor. Het type verwondingen verschilt tussen verschillende groepen verkeersdeelnemers. SWOV analyseerde de letselgegevens van verkeersslachtoffers die, na in het ziekenhuis te zijn opgenomen, alsnog kwamen te overlijden.

Van de ernstig verkeersgewonden die in het ziekenhuis overlijden, vormen fietsers met 45% de grootste groep. Auto- en bestelauto-inzittenden vormen de tweede groep met 24%, gevolgd door berijders van gemotoriseerde tweewielers (16%) en voetgangers (10%).

Hoofdletsel is onder alle in het ziekenhuis overleden slachtoffers het meest voorkomende letsel, maar bij fietsers die overlijden door een ongeval waarbij ook een motorvoertuig is betrokken, komt traumatisch hersenletsel meer dan gemiddeld voor. Bij de fietsongevallen zónder motorvoertuig komt ernstig heupletsel als hoofddiagnose relatief veel voor.

Ouderen (70+) maken een groot deel uit van de fietsslachtoffers die in het ziekenhuis overlijden: 70% bij de fietsongevallen zonder en 61% bij de fietsongevallen met betrokkenheid van een motorvoertuig.

Berijders van een gemotoriseerde tweewieler lopen relatief vaak borstletsel of letsel aan de wervelkolom op. Bij voetgangers komt letsel aan de onderste ledematen relatief vaak voor.

Het onderzoek onderstreept het belang van extra goede bescherming van hoofd, borstkas en de onderste ledematen, al moet hierbij wel opgemerkt worden dat niet kon worden vastgesteld aan welke letsels de slachtoffers uiteindelijk zijn overleden; dit kon ook het gevolg zijn van meerdere letsels of aan opgetreden complicaties.

Overlijdenstermijn

Meer dan de helft van de verkeersdoden (58%) overlijdt ter plaatse. Ongeveer een derde (gemiddeld 32%) van de verkeersdoden overlijdt in het ziekenhuis. De overige verkeersdoden overlijden onderweg naar het ziekenhuis of op de Spoedeisende Hulp. Een klein gedeelte overlijdt thuis of ergens anders.  

Van alle in het ziekenhuis overleden verkeersslachtoffers overlijdt 7% meer dan 30 dagen na het ongeval. Deze slachtoffers vallen buiten de internationaal gangbare definitie van een verkeersdode. Wanneer deze slachtoffers wel in de verkeersongevallenstatistiek zouden worden meegenomen, zou het jaarlijks aantal verkeersdoden ongeveer 2% hoger zijn dan de aantallen volgens de huidige definitie.

Links

Rapport R-2019-28 Verkeersdoden in het ziekenhuis – Nadere analyses van ziekenhuisgegevens

Thema’s