Tweede Kamer debatteert over letselschadeproces en rol slachtoffer


Minister Dekker informeert de Tweede Kamer over het onderzoek naar de problemen van slachtoffers met langlopende letselschade en de vervolgstappen naar aanleiding van het onderzoek. De minister is blij met het rapport en de door De Letselschade Raad (DLR) in gang gezette voorstellen. Vooral het vaker en eerder inzetten van mediation vindt hij een waardevol initiatief. De minister onderschrijft het belang van een breed gedragen keurmerk, waaraan alle professionals in de letselschadebranche deelnemen. \

Naast de aanbevelingen van DLR benoemt de minister drie aandachtspunten: 1. Eerder en vaker regiegesprekken; 2. Speciale aandacht voor whiplashslachtoffers; 3. Uitbreiding toegang Kifid, ook in zaken waarin een geschil is in AVP- en AVB-zaken

Tweede kamer

De Tweede Kamer heeft afgelopen week met minister Dekker in het Notaoverleg Slachtoffers hoofdzakelijk gedebatteerd over het verbeteren van het letselschadeproces en de rol van het slachtoffer hierin. Aanleiding voor het  notaoverleg waren onder meer de kabinetsreactie op het rapport van de Universiteit Utrecht (naar de oorzaken van langlopende letselschadezaken) en de beantwoording van  schriftelijke vragen van Kamerleden Van Nispen (SP), Kuiken (PvdA) en Van Toorenburg (CDA).

In de kabinetsreactie onderschrijft de minister in grote lijnen de aanbevelingen van De Letselschaderaad, waarin de bij het letselschadeproces betrokken  partijen zijn vertegenwoordigd. Ook gaf hij aan dat mogelijkheden voor betere toegang tot Kifid voor letselschadeslachtoffers worden onderzocht.

Verbetering van het letselschadeproces door zelfregulering 

In het debat ging het onder meer over de vraag of de verbetering van het letselschadeproces via zelfregulering, zoals de Gedragscode Behandeling Letselschade (GBL), moet verlopen of dat dit dwingender in wetgeving met aansluitend tuchtrecht moet worden verankerd. SP, CDA, PvdA, PVV en GroenLinks betoogden het tweede, en dienden daartoe een motie in. Minister Dekker en de VVD betwijfelden of wettelijke verankering dit proces gaat verbeteren; het risico bestaat dat formaliseren van deze gedragscode nu juist tot verdere verkeerde juridisering leidt. In dat licht bezien ontraadde de minister deze motie. Een motie om tuchtrecht en een tuchtraad te installeren werd eveneens ontraden. Wel zegde hij de Kamer toe om in gesprek te gaan met De Letselschaderaad om te bezien welke onbetwistbare elementen uit de GBL steviger kunnen worden verankerd. Daarnaast zegde de minister toe, daar waar De Letselschaderaad hulp nodig heeft bij de verschillende aanbevelingen, hulp te bieden. 

Belang van normering

Madeleine van Toorenburg verwees in het debat onder meer naar een recent door het Verbond en Kerckebosch georganiseerde kennisbijeenkomst en sprak over het belang van normering, met ruimte voor uitzonderingen. Minister Dekker gaf aan dat er al vormen van normering in de letselschadepraktijk zijn, maar dat in zijn optiek componenten, zoals verlies van toekomstig verdienvermogen, zich lastiger laten vangen in een stelsel van normering. 

Directe verzekering

Daarnaast heeft de Kamer gesproken over een directe verzekering. CDA, SP en PvdA dienden een motie in die het kabinet oproept met de Letselschaderaad en verzekeraars in gesprek te gaan over een dergelijke stelselwijziging, onafhankelijk te bezien wat de voor- en nadelen van zo’n stelsel zijn en te bekijken of zo’n stelsel (of onderdelen daarvan) ook voor schadeafhandeling in Nederland zou kunnen worden ingevoerd. Minister Dekker vindt de directe verzekering ‘een interessante gedachte’, ziet voor- en nadelen, en heeft het oordeel over deze motie aan de Kamer gelaten.

In de aanloop naar het debat heeft het Verbond een brief gestuurd naar de vaste commissie voor J&V. Hierin onderschrijven wij de aanbevelingen van De Letselschaderaad, maar pleiten wij ook voor het belang van normering bij letselschade en voor meer duidelijkheid ten aanzien van herstelbemiddeling.