Onderzoek JBL&G: ‘Zorgen om verharding en traagheid bij verzekeraars

Het onderzoek dat minister Dekker van Rechtsbescherming laat uitvoeren naar vertraging bij langlopende letselschadezaken, komt wat veel letselschadekantoren betreft niks te vroeg. Zij klagen al jaren over verzekeraars die zaken zo lang mogelijk rekken. Juridisch Bureau Letselschade & Gezondheidsrecht in Amsterdam deed er een eigen onderzoek naar: achterstanden, personeelsgebrek, vertragingstactieken en verharde opstellingen bij verzekeraars voerden de boventoon.

Op verzoek van minister Dekker en het Verbond van Verzekeraars laat De Letselschade Raad onafhankelijk onderzoek uitvoeren naar langlopende letselschades, maakte de minister deze week bekend. Centraal daarin staat de vraag wat de oorzaken zijn van de vertraagde afhandeling, en op welke manier die oorzaken kunnen worden aangepakt. Het onderzoek begint deze zomer.

Onderbezetting

Steffy Roos du Maine, eigenaresse van JBL&G in Amsterdam (foto), heeft wel een idee wat eruit gaat komen: “Onze juristen merkten al eerder dat de houding van veel verzekeraars steeds verder verhardt in letselschadezaken en dat zaken steeds langer duren. Ze hebben volgens ons grote moeite goede mensen aan te nemen. Ze kampen vrijwel allemaal met onderbezetting, waardoor de wachttijden steeds langer worden. We hebben wel eens meegemaakt dat bij één verzekeraar de achterstand zo groot was, dat ze niet eens meer de telefoon opnamen. Die kon je alleen nog per mail benaderen.”

Slachtoffers van verkeersongelukken, medische fouten, bedrijfsongevallen, hondenbeten en andere tegenspoed waarbij letsel wordt opgelopen: ze zijn door de bank genomen allemaal niet erg tevreden over verzekeraars. De manier waarop die met hun letselschadezaken omgaan, verdient gemiddeld niet meer dan een mager vijfje. Dit blijkt uit de enquête die JBL&G onder de eigen cliënten heeft gehouden. De afgelopen maanden ondervroeg het kantoor in totaal 175 cliënten. Zij konden daarbij cijfers toekennen aan de manier waarop verzekeraars van de tegenpartij met de zaken omsprongen. De verzekeraars kwamen in de totaalscore niet hoger dan een gemiddelde van 5,02.

Trainergedrag

Personeelsgebrek bij verzekeraars mag één oorzaak zijn van de lange doorlooptijden van letselschadezaken, de deelnemers aan het onderzoek wisten er nog wel een paar te noemen: ‘Alles gaat allemaal supertraag’, ‘hun werk was echt bar slecht’, ‘de verzekeraar was erg laks’, ‘verzekeraars doen altijd moeilijk’, ‘ze moeten slachtoffers meer vertrouwen en niet alles in twijfel trekken’.

Du Maine vat het als volgt samen: “Ze reageren ontzettend langzaam en traineren de zaak vervolgens zo lang mogelijk. De verzekeraars zijn tegenwoordig zo paranoia over mogelijke fraude, dat ze voor de simpelste dingen nog bewijzen willen hebben. Bonnetjes voor een pakje paracetamol, een proces-verbaal terwijl de veroorzaker op het schadeformulier allang heeft aangegeven fout te zitten. En als je zo’n verzekeraar op de lange wachttijden aanspreekt, breekt helemaal de hel los: één grote verzekeraar heeft ons laten weten dat ze al onze stukken, bij elk herinneringsmailtje dat we standaard sturen, expres weer onderop de stapel leggen.”

Hoe langer een zaak voortsleept, hoe duurder die vaak uitvalt voor verzekeraars. Bij een zaak waarin de aansprakelijkheid erkend is, moeten ze volgens de wet ook de werkzaamheden van de belangenbehartigers van de slachtoffers betalen. Hoe meer tijd die aan de zaak kwijt zijn, hoe hoger de uiteindelijke rekening voor de verzekeraars. Het enige ‘voordeel’ dat verzekeringsmaatschappijen mogelijk kunnen behalen met hun vertragingstactiek, is dat letselschadeslachtoffers afhaken of genoegen nemen met een lagere uitkering, alleen maar om van de slepende zaak af te zijn. Du Maine: “Daar speculeren ze op: dat mensen liever nú vijfduizend euro willen, dan een ton over een jaar. Maar dat is toch niet hoe we in Nederland met letselschadeslachtoffers om zouden moeten gaan?” Naar aanleiding van het eigen onderzoek gaat JBL&G binnenkort al met een aantal verzekeraars om tafel om te praten over knelpunten en mogelijke verbeteringen.

 Foto: Marcel Jurian de Jong