Nederlandse achterdeuren zijn voor het overgrote deel (88,1%) slecht beveiligd, zo blijkt uit onderzoek van de stichting Nationale Inbraakpreventie Weken (NIPW). Met ‘slecht’ bedoelen experts, dat een inbreker moeiteloos binnen drie minuten een slot kan openbreken. Een kwart (25,3%) van de achterdeuren heeft zelfs zulk zwak aluminium beslag, vaak herkenbaar aan schroefjes aan de buitenkant, dat een inbreker met een schroevendraaier en tang binnen de minuut binnen staat. Respondenten die in de afgelopen vijf jaar een inbraak(poging) meemaakten, hebben hun achterdeur vaker op een goede manier beveiligd (16,6%) dan personen die geen inbraak(poging) hebben ervaren (10,4%).
Coen Staal, voorzitter van de Nationale Inbraakpreventie Weken, verklaart: “Dat zo’n groot deel aangeeft hun achterdeur gewoon slecht beveiligd te hebben, ligt aan onwetendheid. Mensen draaien de achterdeur vaak netjes op het nachtslot als ze slapen of niet thuis zijn, maar ze hebben er geen idee van, dat het voor een inbreker dan toch een fluitje van een cent is om binnen te komen.”
In het onderzoek is daarom ook gevraagd of men van plan is om direct of op de korte termijn een beter slot te (laten) plaatsen, als het hen duidelijk zou zijn dat zij zo’n slecht slot hebben. Maar liefst 87% geeft aan dat te gaan doen. Ondanks de dalende inbraakcijfers (vorig jaar 55.000) is het volgens Staal nog steeds nodig om blijvend aandacht te besteden aan inbraakpreventie. “Gelukkig zien meer en meer mensen in dat het verstandig is om af en toe een onderdeel van je huis op inbraakgevoeligheid te controleren. Begin dan in ieder geval met je achterdeur, want daar wordt het meest ingebroken.” Met de InbraakPreventie Check op de website van de stichting (www.inbraakmislukt.nl) is op eenvoudige wijze zowel de voor- en achterdeur als de ramen te checken. Blijkt aan de hand van de foto’s dat er sprake is van een slecht slot, helpt de check mensen op weg hoe de veiligheid te verbeteren.
Cilindertrekken
Inbrekers hebben het bij een kwart van de achterdeuren echt gemakkelijk, meer dan een minuutje en een tang en schroevendraaier hebben ze niet nodig. Ook bij zwaarder, stalen veiligheidsbeslag hebben ze maar een paar minuten nodig. Daar hanteren ze namelijk een andere methode: het zogenaamde cilindertrekken, die op ruim de helft van de achterdeursloten (55,1%) toegepast kan worden. Zelfs zeer stevig, stalen beslag, dat vanuit de binnenzijde is vastgeschroefd, blijkt hier niet tegen bestand. De methode is een paar jaar geleden door professionele inbrekers geïntroduceerd en wordt steeds vaker toegepast, tegenwoordig zelfs door de gelegenheidsinbreker. Bij deze methode schroeft hij een stalen schroef in de cilinder (waar je je sleutel insteekt) en plaatst er een cilindertrekker op. Hierna wordt zo veel kracht op de cilinder uitgeoefend, dat hij op het zwakste stukje, in het midden, afbreekt.
In reactie op deze inbraakmethode heeft de industrie zogenaamd anti-cilindertrekbeslag op de markt gebracht. Dit beslag is voorzien van een stalen plaatje met een gleuf over de cilinder. Slechts 12% van de achterdeuren is momenteel met dit beslag uitgerust. Velen hoeven het voor de prijs van het beslag niet te laten, het is al voor ongeveer 50-60 euro te koop.
Kijk voor meer informatie over o.a. inbraakmethoden en inbraakpreventie op www.inbraakmislukt.nl
Links een voorbeeld van een goed slot; rechts een voorbeeld van een slecht slot
