In juli voor vijfde maand op rij afname aantal motorvoertuigdiefstallen

Na een diefstaltoename in de eerste twee maanden van het jaar is in de maand juli voor de vijfde maand op rij het aantal gestolen motorvoertuigen gedaald ten opzichte van een jaar eerder. In juli werden in totaal  1.957 motorvoertuigen gestolen, 71 (3,5%) minder dan de 2.028 in dezelfde maand in 2019. In zes van de elf voertuigcategorieën werd een daling geregistreerd van het aantal diefstalgevallen, in drie een toename, terwijl in twee categorieën het aantal diefstalgevallen exact gelijk was aan die in vorig jaar juli, zo blijkt uit cijfers van het Landelijk Informatiecentrum Voertuigcriminaliteit (LIV).  

 Het aantal personenautodiefstallen daalde voor de zevende de maand op rij: van 574  naar 522, een afname met 10%. Er werden vorige maand weliswaar meer jonge auto’s gestolen (163, was 142,+ 14,8%) maar daar staat een veel grotere diefstalafname bij de oudere modellen tegenover: 359  vs 432, min 16,9%.  Ook bij brom- en snorfietsen (incl. scooters) was er sprake van een diefstalafname: met 0,8% van 1.128 naar 1.119. Dat gold ook voor motoren (140/155,  min 9,7%), caravans (7/7, min 28,6%) en opleggers (3/7, min 57,1%).

Daar staan behalve bij de jonge personenauto’s diefstalstijgingen tegenover bij lichte bedrijfsvoertuigen (118/112, + 5,4%) en aanhangers  (41/36, + 13,9). Daarnaast werden in juli net als vorig jaar 9 zware bedrijfsvoertuigen gestolen en geen enkele bus.

Januari-juli

Uit de LIV-cijfers over de eerste zeven maanden van dit jaar blijkt dat er in ons land iets minder motorvoertuigen zijn gestolen dan in dezelfde periode vorig jaar. De teller geeft tot nu toe 13.289 diefstalgevallen aan, 410  (min 3.0 %) minder dan de 13.699 vorig jaar tussen januari en juli. Toch is in acht van de elf voertuigcategorieën sprake van een gestegen aantal voertuigdiefstallen en in drie  van een afname.

De daling van het aantal motorvoertuigen kan vooral worden toegeschreven op het conto van de oudere personenauto’s. Daarvan werden er dit jaar tot dusver 2.795 gestolen, 388 (min 12,2%) minder dan de 3.183 vorig jaar in dezelfde periode. Van de jongere auto’s (t/m3 jaar) werden er juist iets meer gestolen: 979 tegen 972 (+ 1,7%). Daardoor liep het totaal aantal personenautodiefstallen met 371(min 8,9%) terug van 4.155 naar 3.784. Ook bij brom- en snorfietsen was sprake van een diefstalafname: met 4,78% (354 stuks) van 7.520 naar 7.166. 

In alle overige voertuigcategorieën nam het aantal voertuigdiefstallen daarentegen toe. De meeste diefstallen betrof  lichte bedrijfsvoertuigen (961/762, +26,1%), gevolgd door motoren (910/885, + 2,8%), aanhangers  (318/261, + 21,8%), opleggers (67/48, + 39,6%), caravans (39/38, + 2,6%),  zware bedrijfsvoertuigen (42/29, + 44,8%) en bussen (2/1, + 100%).

Bijna een derde van de gestolen voertuigen teruggevonden

Van de 13.289 gestolen voertuigen werden er in de eerste zeven  maanden van dit jaar 4,345  teruggevonden, een terugvindpercentage van 32,7%. Het terugvindpercentage was het hoogst  bij zware bedrijfsvoertuigen (71,4%), gevolgd door opleggers (58,2%),bussen (50%), oudere personenauto’s (40,62%) en lichte bedrijfsvoertuigen (34,5%). Minder dan gemiddeld werden de overige voertuigcategorieën teruggebracht bij de rechtmatige eigenaar. Procentueel het slechtst scoren caravans (10,3%), gevolgd door  motoren (20,2%), aanhangers (21,7%), bromfietsen (31,2 %) en jonge personenauto’s (31,6%).

  Gestolen Teruggevonden Percentage
Personenauto 0 t/m 3 jaar 989 313 31,6%
Personenauto 4 jaar en ouder 2795 1136 40,6%
Bedrijfsvoertuigen zwaar (>3500) 42 30 71,4%
Bedrijfsvoertuigen licht ( <= 3500) 961 332 34,5%
Bromfiets 7166 2237 31,2%
Motorfiets 910 184 20,2%
Aanhangers 318 69 21,7%
Caravans 39 4 10,3%
Bus 2 1 0,0%
Oplegger 67 39 58,2%
Totalen 13289 4345 32,70%