Ikea schikt na bemiddeling door JBL&G met klanten na ontstopper in fles handgel

Ikea in Haarlem heeft de klanten schadeloosgesteld die vorig jaar mei gewond raakten toen ze hun handen dachten te ontsmetten met desinfecterende handgel bij de ingang. In werkelijkheid bleek er gootsteenontstopper in de fles te zitten, per ongeluk verkeerd bijgevuld door een schoonmaker. Eerstegraads brandwonden waren het gevolg. Na bemiddeling van letselschadebureau JBL&G uit Amsterdam ontvingen acht slachtoffers schadevergoedingen van 250 tot 800 euro.

Eerst leek het op 9 mei dat het om louter werknemers van het woonwarenhuis zelf zou gaan, die in de keuken wonden hadden opgelopen door ‘een mengsel chemische vloeistoffen’. JBL&G kreeg echter meteen al andere slachtoffers aan de lijn: klanten die stuk voor stuk ook ernstig aan hun handen gewond waren geraakt door een bijtende vloeistof. Die zat in een fles desinfecterende handgel, bij de ingang geposteerd om bezoekers de gelegenheid te geven hun handen te ontsmetten voor ze de winkel betraden. Nog voordat de slachtoffers de winkelvloer boven hadden bereikt, begonnen hun handen enorm te branden en pijn te doen.

Toen eenmaal duidelijk was dat er ontstopper in de fles met handgel had gezeten, per ongeluk verwisseld door een schoonmaker die de flessen verkeerd bijvulde, werden gewonde klanten opgevangen in het bedrijfsrestaurant. Sommigen waren met brandende handen en al zelf naar huis gegaan, en kwamen er pas na de eerste berichten achter wat er met ze was gebeurd. De huisartsen van de cliënten van JBL&G constateerden de volgende dag eerstegraads brandwonden, open wonden en dikke handen.

Directeur Steffy Roos du Maine van het letselschadebureau: “Hoeveel slachtoffers er uiteindelijk in totaal waren, weet alleen Ikea. Ze waren na die eerste lange lockdown eigenlijk net weer open, dus het was er heel erg druk. Netjes is dat ze de betrokken klanten meteen al telefonisch excuses hebben aangeboden. Nadien werkten ze samen met verzekeraar Sedgwick ook keurig mee aan de schadeloosstelling. Het verschil tussen de uitgekeerde bedragen van 250 tot 800 euro zit hem vooral in de duur en de ernst van de klachten, en het verlies aan inkomen doordat er soms een tijdje niet gewerkt kon worden. De vergoedingen van 250 euro zijn vooral smartengeld voor de doorstane pijn en schrik.”