Groeiende belangstelling voor ‘Open markt’-bijeenkomst OSB Platform Reconditionering

De ‘Open markt’-bijeenkomst die het Platform Reconditionering van brancheorganisatie OSB afgelopen donderdag voor het derde achtereenvolgende jaar organiseerde, mag zich verheugen in een groeiende belangstelling van zowel OSB-leden als van reconditioneringsbedrijven die (nog) niet bij het platform zijn aangesloten. Op de informatieve en interactieve bijeenkomst op een nieuwe locatie – Dutch biz in Amersfoort – was een 40-tal geïnteresseerde directieleden en overige medewerkers van bedrijven afgekomen die zich bezighouden met reconditionering, schoonmaak en schadeherstel na een calamiteit, zoals brand, waterschade of storm. Nog niet eerder waren zoveel brancheprofessionals aanwezig tijdens een ‘Open markt’-bijeenkomst van het OSB Platform Reconditionering.

De hoge opkomst bevestigt dat er bij de gespecialiseerde reconditioneringsbedrijven behoefte is aan een de mogelijkheid tot overleg, uitwisseling van kennis en ervaring met en het ontmoeten van andere vak- en branchegenoten. In Amersfoort werden de reonditioneringsprofessionals in een geanimeerde sfeer bijgepraat over actuele en andere belangrijke zaken waarmee het OSB Platform Reconditionering zich momenteel bezighoudt. Zo werden zij door de bestuursleden van het Platform – Willem Brouwer (RGN NIVO Groep), Marlies van der Meulen (Polygon) en Rob Meershoek (Dolmans Calamiteiten Diensten) – en OSB-beleidsmedewerkster Ilse Mariën bijgepraat over de voortgang van een groot aantal zalen, waaronder de CAO, het Nationaal Calamiteiten Plan, opleidingen, het standaardbestek (met NIVRE) en de (aanpassing van de) Algemene Voorwaarden. Op vrijwel alle punten volgde een inhoudelijke en meer dan eens levendige discussie met de zaal.  

Stichting Salvage

Tijdens de ’Open markt’-bijeenkomst verzorgden daarnaast twee gastsprekers een presentatie. De eerste was een ‘oude bekende’- Geerlof van Loo van de Stichting Salvage – die net als twee jaar geleden de aanwezigen mocht bijpraten over de activiteiten van de stichting en vooral over de sterk bij de zaal levende gehanteerde methodiek bij de inzet van de schadestopbedrijven. Van Loo lichtte toe dat dit voorheen geschiedde op basis van een kwaliteitscontrole vooraf in combinatie met het criterium van de /een dichtstbijzijnde  schadestopbedrijf en dat de Salvagecoördinator in grote mate een ‘ vrije’ keuze had.

 

Vanuit de gedachte dat ‘ook al is iets goed, je er toch aan moet blijven werken’ is de inzetmethodiek verder geoptimaliseerd. Vandaag de dag is de inzet zowel afhankelijk van de kwaliteitscontrole vooraf als van de (beleefde) kwaliteit achteraf, waarbij de geleverde kwaliteit wordt getoetst aan de hand van zeven KPI’s (Kwaliteit Prestatie Indicatoren), waarbij ook de ervaring van de klant/gedupeerde wordt meegenomen. Dat laatste wordt getoetst door middel van zowel een webonderzoek als door een belpanel van 55-plussers.

 

De toewijzing van opdrachten is afhankelijk van een aantal criteria. Daarbij wordt de eerste selectie gevormd door het soort schade en de reistijd van het schadestopbedrijf en de tweede selectie door de uitkomst van de zeven KPI’s en het gehanteerde prijsniveau. Ook wordt rekening gehouden met het tot dan toe ontvangen aantal opdrachten.  “Samenvattend kan gesteld worden dat achter het in te schakelen voorkeurschadestopbedrijf een gedachte en een bedoeling zit”, benadrukte Van Loo. “Afwijken mag (mits met plausibele redenen) de opdracht aan de Salvagecoördinator luidt: houdt zelf de regie!.”

 

Hij zei van mening te zijn da het systeem wat hem betreft goed werkt. De gemiddelde KPI is sinds 2016 gestegen van 3,8 naar 4,6 (op een schaal van 2 tot 6), al is het wel zaak dat we de individuele uitschieters naar beneden er zoveel mogelijk uithalen. Tot slot vertelde hij dat het werkterrein van ‘Salvage’ is verbreed met water- en stormschades en dat er momenteel een pilot loopt met een coördinerende rol bij asbestsaneringswerkzaamheden. “Ee zijn mede daardoor dit jaar tot dusver 16% meer oproepen geweest.”

Team Kuipers

De bijeenkomst werd op een wat meer luchtige wijze afgesloten met een presentatie van Erwin Zeinstra, assistent-controller bij schoonmaak- en reconditioneringsconcern NIVO Groep maar beter bekend als assistent-scheidsrechter bij ’Team (Björn) Kuipers’. Hiermee heeft hij onder meer de finale van de Champions Leaque geleid tussen Real en Atletico Madrid, twee keer de finale van de Europa League en ook meerdere wedstrijden op twee WK’s en EK’s. Gelardeerd met bijzondere videobeelden van wedstrijdsituaties gaf hij zelfs voor de niet-voetballiefhebbers in de zaal een boeiend inzicht achter de schermen – in beeld met geluid – van enkele beslissingen, waarbij met name de (soms wat directe, confronteerde) manier van communicatie van Team Kuipers – met elkaar maar ook naar spelers toe – op z’n zachtst gezegd opvallend en verrassend te noemen was.

Als basis van het succes noemde hij behalve de genoemde communicatie het onvoorwaardelijke vertrouwen in elkaar. Desgevraagd noemde hij de komst van de VAR (Video-arbitrage) een goede zaak en ‘prettig om een bevestiging van je beslissing te krijgen’ Uit de vele vragen die hij vanuit de zaal op zich afgevuurd kreeg, mag geconcludeerd worden dat Zeinstra’s verhaal als interessant werd ervaren. Het vormde een mooie apotheose van een interessante en leerzame middag.