De forse daling van het aantal motorvoertuigdiefstallen lijkt zich voort te zetten. Nadat er over het gehele vorig jaar 10,6% minder voertuigdiefstallen werden geregistreerd dan in 2015, werden er in het eerste kwartaal van dit jaar opnieuw fors minder motorvoertuigen gestolen dan in dezelfde periode in 2016. Uit de cijfers van de Stichting Aanpak Voertuigcriminaliteit blijkt dat er tussen begin januari en eind maart 5.623 motorvoertuigen werden gestolen, een afname met 12,2% (782 stuks) ten opzichte van de 6.405 diefstalgevallen in de eerste drie maanden van 2016.
In twee van de elf voertuigcategorieën is er sprake van een toename van het aantal diefstallen. Zo werden er in het eerste kwartaal van dit jaar 300 motoren gestolen, 11 (3,8%) meer dan de 289 in dezelfde periode in 2016 en 156 aanhangers ontvreemd, een toename met 6,8% (10 stuks). Verder werd er net als vorig jaar één bus gestolen. In de eerste drie maanden van dit jaar deed de grootste diefstaldaling in aantallen zich voor bij brom- en snorfietsen en scooters: met 371 stuks (min 12,2%) van 2.971 naar 2.600 diefstalgevallen. Daarnaast werden er dit jaar tot dusver 2.126 personenauto’s gestolen, 222 (13,2%) minder dan de 2.448 in dezelfde periode in 2016. Het betreft 1.743 personenauto’s van vier jaar en ouder (was 1.984, min 12,1%) en 383 (464, min 17,5) jongere modellen t/m 3 jaar. Verder werden er tussen begin januari en eind maart in totaal 392 lichte bedrijfsvoertuigen gestolen (was 491, min 20,2%), 23 opleggers (24, min 4,2%, 16 zware bedrijfsvoertuigen (20, min 20% en 9 caravans (15, min 40%) en één bus (1, O%).
Maart
Uit de AVc-cijfers komt verder naar voren dat in maart voor de derde maand op rij het aantal motorvoertuigdiefstallen is gedaald ten opzichte van dezelfde maand een jaar eerder, al viel de afname dit jaar met 4,4% beduidend lager uit dan die in januari (14,6%) en februari (17,8%). Er werden in totaal 2.076 voertuigen gestolen, 96 minder dan de 2.172 in 2016. In vier voertuigcategorieën was er sprake van een toename. De grootste stijging deed zich voor bij motoren, waarvan er vorige maand 138 werden ontvreemd, 42 (43,8%) meer dan de 96 een jaar eerder. De andere stijgers waren jonge personenauto’s (169/163, + 3,7%), aanhangers (60/59, 1,7%) en opleggers (7/6, + 16,7%).
De grootste diefstalafname in aantallen deed zich voor bij de oudere personenautomodellen: waarvan er 601 werden gestolen (was 674, min 10,8%), gevolgd door het totaalaantal personenauto’s. Hiervan werden er in totaal 770 gestolen, 67 (8,0%) minder dan de 837 in maart 2016. Daar waar in de vorige maanden het aantal gestolen brommers en scooters ruim boven de 100 lag bleef deze vorige maand beperkt tot 39 (941/980, min 4%), Verder werden vorige maand 150 bestelbusjes en andere lichte bedrijfsvoertuigen gestolen (180, min 16,7%), vijf zware bedrijfsvoertuigen (6, min 16,7%) en eveneens vijf caravans (8, min 37,5%).
