De Letselschade Richtlijn Rekenmodel Overlijdensschade: geëvalueerd en aangepast

De Letselschade Richtlijn Rekenmodel Overlijdensschade is geactualiseerd.  Deze in 2015 geïntroduceerde Richtlijn vergroot de duidelijkheid, voorspelbaarheid en transparantie bij de regeling van overlijdensschade. De Letselschade Raad hecht veel waarde aan een snelle afwikkeling van overlijdensschade en aan transparantie voor nabestaanden in dit proces. 

Het Rekenmodel gaat uit van het gezin als economische eenheid en maakt gebruik van percentages die door het NIBUD zijn berekend. Gezinssamenstellingen veranderen en daarom is de bestaande Richtlijn geëvalueerd en waar nodig aangepast. De Denktank Overlijdensschade 2.0 en de Werkgroep Normering stelden in samenwerking met het NIBUD deze aangepaste Richtlijn op.  

De veranderingen ten opzichte van de oorspronkelijke Richtlijn zijn: 

1. De bestaande WNU-tabel is geactualiseerd voor twee-ouder gezinnen waarvan één  ouder overlijdt; 

2. WNU tabellen zijn uitgebreid naar de volgende situaties:

 a. Gezinnen met twee volwassenen, waarvan beide volwassenen overlijden;

 b. Eenoudergezinnen, waarvan de volwassene overlijdt;

c. Co-ouderschapssituaties, waarvan één van de twee volwassenen overlijdt.

3. Sterftekans bij de kapitalisatie is ingevoerd.

 4. Definiëring van “inkomen van kinderen” en “netto besteedbaar inkomen” is opgenomen in de richtlijn. Dit betreft geen wijziging maar een verduidelijking van de tekst van de huidige richtlijn.  

Door middel van in- en externe consultatie hebben betrokken professionals de gelegenheid gehad input te leveren aan de door te voeren aanpassingen van deze Richtlijn. Zodoende kan deze aangepaste Richtlijn op een breed draagvlak rekenen, besluit De Letselschade Raad.