Augustus achtste maand op rij met daling aantal motorvoertuigdiefstallen, waarvan zeven in dubbele cijfers

Voor de achtste maand op rij was er dit jaar een forse daling van het aantal diefstallen van motorvoertuigen: in augustus werden 1.699 motorvoertuigen gestolen, 270 (13,7%) minder dan de 1.969 een jaar eerder in dezelfde maand, zo blijkt uit cijfers van het Landelijk Informatiecentrum Voertuigcriminaliteit (LIV). Op juli na, waarin er 7,9% minder voertuigen werden ontvreemd dan in 2020, is er maandelijks sprake van een diefstalafname in de dubbele cijfers, variërend  van min 13,7% in augustus tot een afname met  43,9% in februari. Toch was er bij vier van de 13 onderscheiden voertuigcategorieën  sprake van een diefstaltoename.

Zo werden er 377 personenauto’s gestolen van vier jaar of ouder, 34 (9,9%) meer dan de 343 in augustus 2020. Omdat er procentueel minder jonge modellen werden ontvreemd – 108 vs 163, min 33,7% – kwam het totaal aantal gestolen personenauto’s uit op 485 tegen 506 een jaar eerder, een daling met 4,2%. Andere voertuigcategorieën met een diefstaltoename zijn motoren (van 127 naar 155, + 22%), caravans  (van 3 naar 5, + 66,7% ) en land- of bosbouwtrekkers en motorrijtuigen met een beperkte snelheid (beiden van o naar 2).

De grootste daling deed zich voor bij brom- en snorfietsen: met 255 stuks (min 21,8%)  van 1.170 naar 915, gevolgd door die bij lichte bedrijfsvoertuigen  (van 108 naar 97, min 10,2%),  aanhangers (van 41 naar 33, min 19,3%, opleggers (van 8 naar 3, min 62,57%) en zware bedrijfsvoertuigen (van 6 naar 2, min 66,7%). Net als vorig jaar augustus werd er vorige maand geen enkele bus gestolen.

Januari-augustus

In de eerste acht vijf maanden van dit jaar is het aantal diefstallen van motorvoertuigen explosief gedaald ten opzichte van dezelfde periode in 2020. Uit cijfers van het LIV komt naar voren dat er tussen begin januari en eind augustus in totaal 11.778  motorvoertuigdiefstallen zijn geregistreerd, maar liefst 22,2% minder dan de 15.139  diefstalgevallen vorig jaar in de eerste acht  maanden van 2020. In slechts twee nieuwe voertuigcategorieën was er sprake van een toename: bij land- of bosbouwtrekkers van 0 naar 5 en bij motorrijtuigen met een beperkte snelheid van 3 naar 0.

Iets meer dan de helft van alle diefstallen betrof brom- en snorfietsen (incl. scooters): 6.270,  24,0% minder dan de 8.250 diefstalgevallen vorig jaar in de eerste acht maanden van het jaar. Er werden daarnaast in deze maanden 3.532 personenauto’s gestolen, 739 (17,3%) minder dan de 4.271 diefstalgevallen in dezelfde periode van 2020. Het betrof voor het overgrote deel oudere modellen van vier jaar of ouder (2.646/was 33.122, min 15,2%) en 866 (1.149, min 22,9%), auto’s t/m drie jaar oud.

Verder werden er tussen 1 januari en 31 augustus 892 motoren gestolen (1.033, min 13,6%), 696 lichte bedrijfsvoertuigen (1.064, min 34,6%), 277 aanhangers (356, min 22,2%), 55 opleggers (74, min 25,7%), 28 caravans (42, min 33,3%) en 20 zware bedrijfsvoertuigen (47, min 57.4%).

Iets minder dan drie van de tien gestolen voertuigen teruggevonden

Van de 11.778  gestolen motorvoertuigen werden er in de eerste acht   maanden van dit jaar 3.980 teruggevonden, een terugvindpercentage van 34%. Het terugvindpercentage was het hoogst bij motorrijtuigen met een beperkte snelheid (67%), gevolgd door  zware bedrijfsvoertuigen (55%), lichte bedrijfsvoertuigen (44%),  auto’s tot drie jaar (43%), oudere modellen (41,0%) en jongere modellen (41,0%). Minder dan gemiddeld werden de overige voertuigcategorieën teruggebracht bij de rechtmatige eigenaar. Procentueel het slechtst scoren land- en bosbouwtrekkers (0%), gevolgd door caravans (18%), gevolgd door aanhangers (19%), motoren (21%) en bromfietsen (31%).