Aantal meldingen calamiteiten ziekenhuizen sinds 2009 bijna verdrievoudigd

Het aantal meldingen van calamiteiten door ziekenhuizen is in de loop der jaren sterk toegenomen. . Dat blijkt uit cijfers die de Inspectie voor de Gezondheidszorg eerder deze week heeft gepubliceerd. In de eerste helft van 2016 rapporteerden de Nederlandse ziekenhuizen gezamenlijk 752 calamiteiten aan de Inspectie. Op grond daarvan verwacht de IGZ dit jaar in totaal 1.500 meldingen te ontvangen, hetgeen bijna een verdrievoudiging zou betekenen ten opzichte van de 515 gemelde calamiteiten. Sindsdien is dit aantal gestaag gestegen van 541 (2010), via 605 (2011), 737 (2012), 773 (2013), 900 (2014) naar 958 vorig jaar.

Jaarlijks ontvangt de inspectie voor de gezondheidszorg rond de 10.000meldingen ontvangen over de sector die medisch specialistische zorgt biedt: ziekenhuizen, particuliere klinieken, abortusklinieken, revalidatiezorg. Deze meldingen komen van burgers, zorgaanbieders, fabrikanten en andere instanties. De meeste meldingen hebben betrekking op medische technologie (3.090), op ruime afstand gevolgd door medisch specialistische zorg (o.a. ziekenhuizen, 1.570), farmaceutische bedrijven en verpleging & verzorging (beide 1.060) en eerstelijnszorg (900). De lijst wordt gecompleteerd door gehandicaptenzorg & forensische zorg (GZ & FZ, 740), geestelijke gezondheidszorg (610), producten & mondzorg (340), netwerkzorg, preventie & jeugd (200) en eenheid nieuwe toetreders zorg en fraude (10).

Verplichte melding ernstige incidenten

Zorgaanbieders zijn verplicht ernstige incidenten bij de inspectie te melden. Welke incidenten gemeld moeten worden is geregeld in de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz). Volgens deze wet moet een incident – binnen drie dagen – gemeld worden als er sprake is van ‘calamiteiten, geweld in de zorgrelatie en het ontslag van een zorgverlener wegens disfunctioneren. Van de in 2015 door ziekenhuizen aan de inspectie gemelde meldingen ging het in 784 gevallen daadwerkelijk om een calamiteit en in de resterende 174 gevallen om een ‘mogelijke calamiteit’. un de eerste helft van dit jaar was er sprake van 701 calamiteiten, 28 mogelijke calamiteiten en 23 signalen en klachten.

Hoewel zorgaanbieders niet verplicht zijn de patiënt/familie te betrekken bij het onderzoek en om nazorg te verlenen aan de betrokken zorgverleners, vindt de inspectie het wel belangrijk dat dit gebeurt. In de loop der jaren komt dit daadwerkelijk vaker voor. In 2013 werd de patiënt/familie nog bij 22% van de gevallen betrokken, een jaar later bij 43%, vorig jaar 69% en in de eerste helft van dit jaar bij 72%. In 2013 werd daarnaast door een ziekenhuis nazorg verleend aan de zorgverlener, in 2014 was dit opgelopen tot 77%, vorig jaar 88% en dit eerste halfjaar 91%.

Boetes en andere maatregelen

Op grond van de Wet op de beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (BIG) kunnen zorgverleners maatregelen opgelegd krijgen. Dat kan onder meer bij een verkeerde diagnose of onjuiste behandeling, onvoldoende informatie over de behandeling, afgifte van een onjuiste verklaring of een onjuist rapport, voorschrijven of verstrekken van verkeerde medicijnen, schenden van het beroepsgeheim, het ten onrechte niet doorverwijzen naar een andere beroepsbeoefenaar of seksueel of ander grensoverschrijdend gedrag. Vorig jaar heeft de inspectie 24 nieuwe tuchtzaken ingediend bij het tuchtcollege: 15 aan personen werkzaam in organisaties waar specialistische zorg wordt geboden, waaronder ziekenhuizen en 9 aan personen werkzaam in andere sectoren. Daar zijn in de eerste helft van dit jaar 19 zaken bijgekomen, waarvan 11 in de medisch specialistische zorg.

De inspectie kan daarnaast een bestuurlijke boete opleggen, een geldstraf, als er sprake is van een ernstige overtreding of als er bij controle blijkt dat een eerdere overtreding niet is opgelost. Het ging in 2015 om 46 boetes, op grond van verschillende wetten, en in de eerste helft van dit jaar om nog eens 20 boetes. Op grond van de Wet BIG werden 26 overtredingen gemeld, waarvan 12 met betrekking tot specialismen (art. 17 ), 9 over registratie en titelbescherming (art.4), 3 over voorbehouden handeling 9 (art.35), en één voor zowel beroep met opleidingstitel al voor kans op schade. In de eerste helft van dit jaar kregen vijf personen een boete omdat ze ten onrechte een titel voerden (verloskundige, psychotherapeut en arts( en één arts kreeg een boete opgelegd voor het ten onrechte voeren van een titel. Daarnaast werden vorig jaar 16 boetes opgelegd op grond van de Geneesmiddelenwet, waarvan zeven aan personen, drie aan bedrijven, twee aan ziekenhuizen en één aan een fabrikant, apotheker, apotheekhoudende arts en een kliniek. In de eerste zes maanden van dit jaar boetes bij voor een fabrikant, persoon, bedrijf en groothandel.