Vorig jaar waren er in Duitsland minder verzekerde woninginbraken dan ooit tevoren. Dit heeft mede te maken met het feit dat miljoenen Duitsers als gevolg van de overheidsmaatregelen thuis hebben moeten werken . Dieven hadden daardoor minder kans om in te breken.
De neerwaartse trend in woninginbraken heeft zich in het tweede jaar van de Corona-pandemie voortgezet. “Het aantal verzekerde inbraken is in 2021 tot een historisch dieptepunt gedaald”, zegt de voorzitter van het Duitse Verbond van Verzekeraars GDV, Jörg Asmussen. “Duitse verzekeraars registreerden ongeveer 60.000 woninginbraken, een kwart minder dan het jaar ervoor.” Dit is het laagste cijfer in de statistieken die teruggaan tot 1998.

“Miljoenen mensen werkten vorig jaar voornamelijk thuis. Dit had een afschrikkend effect op inbrekers omdat het risico van ontdekking te groot werd”, aldus Asmussen in een toelichting. “Het schadebedrag daalde met 40 miljoen euro tot 180 miljoen euro. Het gemiddelde verlies is daarentegen gestegen van 2.700 euro tot 3.100 euro,” aldus de algemeen directeur van GDV.
Investeringen in inbraakbeveiliging lonen
De inbraakcijfers zijn sinds 2015 gestaag gedaald. “We zien al jaren dat veel huis- en flatbezitters investeren in betere beveiligingstechnologie. Dat loont”, zegt Asmussen. Het is een belangrijk signaal dat de nieuwe federale regering ook voor 2022 middelen heeft uitgetrokken voor inbraakbeveiliging. Subsidies tot 1.600 euro kunnen worden aangevraagd bij het KfW.
Vanuit het oogpunt van de verzekeraars moeten vooral zwakke punten in huizen of flats worden beveiligd, zoals ramen en deuren. Immers, bijna elke tweede inbraak mislukt omdat de daders niet snel genoeg in het huis kunnen komen. Inbraakwerende ramen en deuren worden in Duitsland echter niet standaard in nieuwe gebouwen geïnstalleerd; er bestaat tot dusver geen regelgeving terzake. In de toekomst moet de inbraakbeveiliging worden verbeterd door middel van minimumconstructievoorschriften voor nieuw geïnstalleerde ramen en deuren.