Nieuwe NIVRE-voorzitter George Oostrom wil meer in gesprek met zowel markt als achterban

Sinds afgelopen maandag 28 november jl. is George Oostrom, managing director Benelux and France bij Crawford & Company,   benoemd voorzitter van het NIVRE voor een periode van twee jaar. Daarmee volgt hij Jeroen Fröhlich (Cunningham Lindsey) op, die afgelopen twee jaar NIVRE-voorzitter was. Oostrom fungeerde binnen het NIVRE-bestuur reeds als vice-voorzitter, een functie waarin hij wordt opgevolgd door Hans de Hoog (Lengkeek Laarman & De Hosson, tevens portefeuillehouder werkgeversbelang) die statutair over twee jaar Oostrom ook als NIVRE-voorzitter zal opvolgen.  Naast genoemde personen bestaat het huidige NIVRE-bestuur uit penningmeester Wilco van Schijndel (Troostwijk Expertises), portefeuillehouder PE-seminars  Gerrit Taal (Vanderwal & Joosten) en portefeuillehouder marketing en communicatie Hans Coffeng (CED).Naar een opvolger van Paul Schenk (DEKRA) voor de functie van  portefeuillehouder  Toelating/Opleiding  word momenteel gezocht.

Oostrom zegt trots te zijn op zijn benoeming tot voorzitter en spreekt van een uitdaging om het NIVRE-bestuur in het huidige tijdsgewricht te mogen aanvoeren. “Ondanks de veranderende marktomstandigheden zie ik de toekomst van zowel het NIVRE als belangenorganisatie als van de ingeschreven professionele schade-experts, toedrachtsonderzoekers en bouw- en infraspecialisten rooskleurig tegemoet. We staan als NIVRE immers niet voor niets voor een ‘kwaliteitsgarantie in schade-expertise’. Al blijft het uiteraard zaak voor de organisatie en de ingeschrevenen kwaliteit en meerwaarde te blijven bieden.”

Meer en beter communiceren

De nieuwe NIVRE-voorzitter is van mening dat er de afgelopen jaren binnen het NIVRE, zeker na de invoering van de nieuwe organisatie- en bestuursstructuur in 2013, veel is bereikt. “Er is op tal van fronten hard gewerkt: op het gebied van onze kernactiviteiten  opleidingen en PE, maar ook in het overleg met stakeholders als de diverse brancheorganisaties op onze werkgebieden en met verschillende overheids- en toezichtsorganisaties. Ook de recente keuze om meer te gaan communiceren via social media (LinkedIn), de verkorting van de ervaringstermijn voor inschrijving in het NIVRE-Register van vijf naar drie jaar en de oprichting van Jong NIVRE zijn veranderingen ten goede. We doen dan ook veel meer dan betrokkenen weten en daar zit in mijn ogen een belangrijk verbeterpunt. We moeten veel vaker vertellen wat we allemaal doen, zowel naar de markt als naar onze eigen achterban. Alleen op die manier krijgen we de bekendheid en erkenning die recht doet aan onze activiteiten en de inspanningen van velen”, aldus Oostrom, die benadrukt  dat dit een manco is die de gehele verzekeringsbranche betreft. “Daardoor wordt door personen en organisaties van buiten de branche vaak het accent gelegd op zaken die niet goed gaan, maar wordt het vele goede werk niet of onvoldoende uitgedragen. Zoals de directe hulp na een calamiteit door de Stichting Salvage en voor onze eigen  beroepsgroep dat het overgrote deel van de schade-expertises snel en goed worden afgewikkeld voor gedupeerden. Het geringe aantal klachten dat we ontvangen over het werk van ingeschrevenen, spreekt wat dat betreft boekdelen.”

Ambitieuze plannen

Oostrom heeft ambitieuze plannen voor zijn tweejarige ‘ambtstermijn’ als NIVRE-voorzitter. “Mijn belangrijkste speerpunt is dat ik als NIVRE meer in gesprek wil met zowel onze eigen branchegroepen als met onze verschillende klantengroepen. Teneinde onze dienstverlening en activiteiten nog beter op hun wensen en behoeften af te kunnen stemmen. Met het oog hierop heb ik inmiddels het plan opgevat voor een ‘Raad van Inspiratie’, waarin we als NIVRE twee of drie keer jaar vertegenwoordigers van  het Verbond, Adfiz, Narim, VNAB, advocatuur, makelaars en verzekeraars uitnodigen om in een inspirerende omgeving met elkaar te klankborden over zaken met betrekking tot onze diensten die spelen: wat is goed, wat kan beter en aan welke andere diensten zou men van de expertisebranche willen krijgen.”

Ook binnen het bestuur wil hij enkele zaken optimaliseren. “Zo ben ik van mening dat we nóg sneller tot besluiten moeten komen en wat nadrukkelijker onze standpunten over actualiteiten naar buiten zouden moeten brengen. Met het oog op de continuïteit in ons beleid heb ik  me sterk gemaakt voor de invoering van de ‘troika’: naast de voorzitter en de aankomend voorzitter, wil ik ook de vertrekkend voorzitter bij het beleid blijven betrekken. Daarnaast wil ik met het oog op de vele veranderingen in zowel onze markt als in de samenleving als geheel  van innovatie een vast agendapunt maken en één van de bestuursleden daarvan als portefeuillehouder verantwoordelijk voor te maken.”